RETROMOBILE 2024: OPNIEUW HET “NEC PLUS ULTRA”

Na de knaleditie 2023 hadden we toch een beetje onze twijfels voor deze van dit jaar: zou het tentoongestelde niveau meer of minder zijn? We dachten eerder aan het laatste want 23 was een topper. Niet gelezen? Gewoon hier klikken. Maar onze vrees bleek ongegrond. Paris Expo stond overvol met de mooiste en meest exclusieve pareltjes uit de klassieke automobielwereld. Wij nemen u mee op een tocht door de hallen van Rétromobile 2024.

De organisatie had dit jaar wel meer thema’s voorzien tov vorig jaar. En daar zaten héél leuke dingen tussen.

PARIJS-DAKAR

Het idee van deze monster rally raid kwam uit het brein van de Fransman Thierry Sabine. Hij raakte als deelnemer van de woestijnrit Abidjan-Nice verdwaald in de Libische woestijn. Daar had hij uiteraard veel tijd om na te denken en hij wilde zijn beleving delen met andere mensen. Parijs-Dakar was geboren en de eerste editie startte op tweede kerstdag 1978, voor een tocht van drie weken, naar Dakar. Het “Lac Rose” fungeerde als aankomstplaats. Later zou de startdatum verhuizen naar nieuwjaarsdag. De rally liet zowel auto’s, motoren als vrachtwagens toe. De eerste winnaar bij de auto’s was Alain Génestier en de toen nog jonge Cyril Neveu was de beste bij de motoren.

De start was geslaagd en de rally zou snel evolueren naar een topniveau. Verschillende merken wilden voor de winst gaan en investeerden enorme budgetten in hun teams. VW zegevierde een jaar later met hun Iltis, een model dat ontworpen was voor het Duitse leger. Deze Renault 4 van de broers Marreau behaalde toen de derde podiumplaats. Met een Renault 20 turbo werden ze in 1982 eindwinnaar.

Ook onze Jacky Ickx is een deelnemer van het eerste uur. Hij wint in 1983, samen met de Franse acteur Claude Brasseur, in een Mercedes 280GE. Hij overtuigt ook Porsche voor een deelname en een jaar later wint René Metge met een 911 Carrera 4×4  ( interne code 953 ). Twee jaar later doet hij dit nog eens over met deze 959. Ickx wordt in een identieke 959 tweede. Zijn auto stond deze winter op de Porsche expo “Driven by dreams” in Autoworld. Alles over deze expo kan u via deze link vinden.

En ook de collega’s van BMW zien wel iets in de woestijnrally. Niet bij de auto’s maar wel bij de motorfietsen. Met hun net gelanceerd GS model winnen ze vier keer. De Fransman Hubert Auriol zet er twee op zijn naam in 1981 en 1983

En onze landgenoot Gaston Rahier doet hem dat nog eens na met winst in 1984 en 1985. De motorfiets is ondertussen met Marlboro sponsering uitgevoerd.

Na het verbannen van de Groep B rallyauto’s, eind 1986, trekt ook Peugeot naar de woestijn. Eerst met hun 206 T 16 en twee jaar later met deze 405 T 16. Nu veel verschil, op het koetswerk na, was er wel niet echt. Peugeot was toen onklopbaar met 4 overwinningen op een rij. Ari Vatanen ging drie keer met de grootste trofee naar huis. Eén keer zelfs na een tos: de strijd met teammaat Jacky Ickx was zo hevig dat teambaas Jean Todt besliste om te tossen voor de overwinning. Vatanen won de tos  en ook de rally. Jacky Ickx werd nog maar eens tweede. Deze Peugeot zal later nog vier keer winnen maar dan wel voorzien van een Citroën koetswerk nadat Peugeot een nieuwe uitdaging aanging met de Groep C wedstrijden en de 24 uren van Le Mans.

De Dakar was vroeger ook wel een “rariteitenkabinet” met daarvoor speciaal gemaakte auto’s die vooral bedoeld waren om de aandacht te trekken. De Fransman Thierry de Montcorgé nam in 1981 al deel met een gemodificeerde Rolls Royce Corniche die op een chassis van een Toyota Landcruiser stond. Een absolute publiekslieveling. De Rolls haalt, jammer genoeg, de eindstreep in Dakar niet. In 1984 gaat hij nog verder met dit “Jules” prototype met dubbele achteras. Maar opnieuw zien ze de finish in Dakar niet.

Deze Renault Gazelle is de oudste auto die ooit deelnam aan de woestijnrit. Op een bijna gepensioneerde leeftijd van 52 jaar staat deze opa, in 1980, aan de start in Parijs. En tegen alle verwachtingen in haalt het trio Domblides/Hayat/Nolan de eindstreep in Dakar. Ze eindigen op de 71e plaats.

Maar ook de automerken waren op zoek naar attractieve verschijningen. De Franse Mitsubishi importeur had Parijs-Dakar hoog op zijn verlanglijstje staan. Het liet zelfs enkele Pajero’s ombouwen met een aangepast PX33 koetswerk.  Dit was in 1934 de allereerste Japanse auto met een continuvierwielaandrijving. Onze landgenoot Guy Colsoul zat achter het stuur van dit exemplaar.

De rally start al lang niet meer in Parijs en de aankomst is ook al lang niet meer in Dakar. In 2009 wordt er, na verschillende terreuraanslagen, uitgeweken naar Zuid Amerika. De rally krijgt nu “Dakar” als naam en vanaf 2020 is de nieuwe locatie Saoedi-Arabië. De meest recente winnaar is deze Audi RS e-tron. De eerste winnaar met een elektrische aandrijving in 2024 met Carlos Sainz. Volgens Audi een historische gebeurtenis. Wat ze er wel niet bij vertellen is dat er naast het accupakket ook een verbrandingsmotor in zit die op zijn beurt een generator aanstuurt om elektriciteit te genereren.

100 JAAR MG

Het eeuwfeest voor het ex-Britse en huidig Chinese MG merk was een tweede thema op Rétromobile. Wie kent MG niet? In elke oldtimerrally of rit kom je wel een MGA of MGB tegen. MG was vroeger een vrij sportief Brits automerk.

Op een imposante stand stonden de meeste modellen uit de geschiedenis tentoon gesteld. Beginnend met het allereerste model tot en met hun meest recente elektrische roadster van Chinese makelij.

De prachtige stand, een samenwerking tussen het British Motor Museum en de Franse MG club,  deed ons zowaar aan een autosalon van vroeger denken.  We zagen er zelfs een uit 1965 daterende MGB GT die in 1965 op het autosalon van Londen heeft gestaan.

Deze MGB inspireerde tekenaar Franquin voor een cartoon in zijn Guust Flater reeks. De stripheld kocht in een showroom deze sportwagen voor een prikje en bij afhaling bleek dat het  een doorgesneden model was bedoeld om de gedetailleerde techniek te showen.

De blikvangers van deze stand waren ongetwijfeld de twee snelheidsrecordwagens van het British Motor Museum.

Deze van 1938 daterende MG EX 135, een ontwerp van ingenieur Reid Railton behaalde in 1938 op een Duitse autobaan in de buurt  van Frankfurt een snelheid van 187.6 mijl per uur met een 1100 cc motor over een afstand van 1 mijl.

Een half jaar later, net voor het uitbreken van wereldoorlog 2, deed piloot Goldie Gardner, het met een 1500 cc motor nog beter met een snelheid van 213 mijl per uur. Na de oorlog trekt de MG ploeg naar de zoutvlakten van Bonneville en ook daar worden er verschillende lange duur records gevestigd.

Maar het kan nog beter. Deze EX 181 van 1957 behaalt, met Sterling Moss aan het stuur, een snelheid van 245.6 mijl per uur. MG had ondertussen zoveel expertise in deze materie dat ze hun eigen vroegere records braken.

En daar stopt het niet. Een jaar later, met een sterkere motor, rijdt Phill Hill, terug op de zoutvlakte van Bonneville,  254.9 mijl per uur. MG had nu bijna elk record op zijn naam staan en er werd besloten om te stoppen met het project.

Nog een snelle MG is deze volbloed Le Mans EX 257 LMP675 auto. Op een basis van een Lola was er in 2001 en 2002 een officiële fabrieksdeelname in de 24 uren van Le Mans. De LMP 675 auto’s waren véél lichter en wendbaarder dan de grote collega’s van Audi, Cadillac en Bentley in de LMP 900 reeks.

En de snelheid was er zeker met goeie prestaties in de kwalificaties en zelfs een tijdelijke vierde positie in de etmaalrace. Betrouwbaarheid was dan weer wat anders. Geen enkele auto behaalde de eindstreep tijdens de twee deelnames. Motor- en versnellingsbakproblemen kwamen telkens  roet in het eten gooien.

100 JAAR CIRCUIT/AUTODROME UTAC LINAS-MONTHLERY

Er was nog een tweede 100 jarige met het circuit van Monthéry dat zich situeert in de regio Parijs.

Monthléry is een wat speciaal geval met zowel een circuit als een ovaal. Nu vond je dit vroeger ook in Monza. Restanten van de “banking” liggen daar vandaag nog altijd. Het circuit werd actief gebruikt als racebaan tot 2004. Daarna is er enkel nog recreatief rijden toegestaan. De veiligheidsnormen die vandaag gelden waren de doodsteek voor snelheidswedstrijden.

Door de aanwezigheid van de ovaalbaan werd het in de beginjaren voornamelijk gebruikt als locatie voor het verbreken van records. De Franse constructeurs waren er kind aan huis en zowel Bugatti, Renault en Peugeot maakten er regelmatig gebruik van.

In de Expo vonden we daar bewijzen van met een aantal van die record auto’s zoals deze Peugeot 404 diesel uit 1965. Nu was de normale 404 niet echt snel maar deze gestroomlijnde versie, uitgerust met een 2.2 liter motor brak toen 40 records en reed 72 uren aan een gemiddelde van 160 km per uur. Dit was in 1965 gewoon de snelste dieselauto ter wereld!!

Ook deze Bugatti Type 32 ( bijnaam “De Tank” ) uit 1923 reed ooit zijn rondjes op het circuit. Deze 32 komt uit de collectie van het museum van Mulhouse.

Maar ook recenter materiaal met de Alpine Renault A440 proto van 1973. Marie-Clauda Beaumont zorgt in Monthléry voor het eerste succes van deze Alpine.

Meer Franse geschiedenis met deze Venturi LM 600 GT van 1995.

Topstuk uit de expo was ongetwijfeld deze Mclaren F1 GTR van 1995 die deelnam aan de 1000 km van Parijs. Enkele weken later was er de deelname aan de 24 uren van Le Mans in deze uitvoering van kunstenaar “Cesar”.

50e VERJAARDAG SEBASTIAN LOEB

Negenvoudig rally wereldkampioen Sébastien Loeb viert dit jaar zijn 50e verjaardag. Hij is nog altijd actief in de autosport en was net terug van de Dakar Rally waar hij  in een duel was voor de overwinning met Carlos Sainz. Hij behaalde al zijn wereldtitels aan het stuur van een Citroën.

De Franse autosportfederatie wilde deze verjaardag in de bloemetjes zetten in een expo met zijn voornaamste rallywagens. Het begon allemaal met een Saxo kitcar waarmee hij in 1999 de Saxo Trophy won.

In 2001 debuteert hij, als test, met deze Xsara WRC in de Rally Van Sanremo. Hij is lange tijd in strijd voor de overwinning maar moet zich tevreden stellen met P2. Wel een geslaagd debuut.  Daarna wordt hij door Citroën teambaas Guy Frequelin vastgelegd als fabriekspiloot voor het wereldkampioenschap rally. In 2004 behaalt hij, met deze Xsara, zijn eerste wereldtitel.

Met deze C4 behaalt hij tussen 2007 en 2010 vier op één volgende wereldtitels. In 2012 wint hij zijn laatste kampioenschap aan het stuur van een DS3.

In 2019 en 2020 rijdt hij een beperkt programma voor Huyndai met twee derde plaatsen als beste resultaat. In 2022 pakt hij nog eens uit met deze Ford Puma Rally 1 met winst in de Rally van Monte Carlo die hij voor de negende keer op zijn palmares zet.

AUTOMERKEN

Op Rétromobile zijn er altijd automerken die met een stand uitpakken. Soms allemaal classic-cars en soms een mix tussen oude en nieuwe producten van hun merk.

50 JAAR PORSCHE TURBO

Porsche blijft na al hun vieringen in 2023 gewoon verder doen en dit jaar vieren ze de vijftigste verjaardag van hun Porsche  turbo modellen. Het was inderdaad in 1974 dat zij als tweede Duits automerk een turbo versie van hun 911 presenteerden. Enkele maanden daarvoor was BMW de eerste met zijn 2002.

In de loop der jaren zijn er redelijk wat turbo modellen geweest bij Porsche en vandaag verkopen ze zelfs EV’s die met een turbo logo zijn uitgevoerd. De turbo is uiteraard niet meer aanwezig maar turbo staat daar voor het topmodel uit de reeks. Niet echt bij mekaar passend

Broederlijk naast mekaar stonden een 911 turbo van 1974 en zijn koersvariant, de 935/77, van 1977. Deze Martini 935 was in dat jaar onklopbaar in de wedstrijden van het merken wereldkampioenschap.

50 JAAR VW GOLF

De collega’s uit Wolfsburg hadden ook een vijftig jarige. In 1974 verscheen de VW Golf als opvolger van hun Kever model.

Ondertussen zijn er acht reeksen gebouwd en VW Classic had al die modellen meegebracht en allemaal in de zelfde kleur.

Als toemaatje was ook de opgefriste nieuwe Golf 8 aanwezig. Deze stond centraal op de stand en was toegankelijk voor het publiek. Salontoestanden zoals vroeger op het “echte” autosalon.

70 JAAR MERCEDES 300 SL

Na toch wel een lange afwezigheid mochten we Mercedes Classic opnieuw verwelkomen met een stand in Parijs. En ze hadden ook iets te vieren. Hun iconische 300 SL mag dit jaar 70 kaarsjes uitblazen.

Mercedes Classic had enkele gerestaureerde exemplaren meegebracht als bewijs van hun kunde. Deze prachtige opgemaakt roadster versie was zelfs voorzien van de optie “extra skipakket”.

Maar de blikvanger op hun stand was deze 300 SL “Hobel”. De allerlaatste gemaakte racewagen van de tien gebouwde exemplaren met chassisnummer W194/11.

Na winst in de 24 uren van Le Mans en de Carrera Panamericana was men in Stuttgart op zoek naar nog meer performantie. De ingenieurs kwamen met deze “Hobel” versie. Letterlijk vertaald is dit schaafmachine of afgeschaafde versie. Chassis 11 had een kortere wielbasis en een motor die 29 PK meer afleverde dan zijn voorgangers.

Door een deelname aan de Grand Prix wedstrijden wordt deze “Hobel” wel verder niet meer gebruikt in wedstrijdverband.

Ook verschillende handelaren hadden 300 SL modellen op hun stand staan. Nog te restaureren exemplaren.

Maar ook volledig afgewerkte stonden in de aanbieding. Het is wel te hopen dat er geen valse tussen zitten na de fraudezaak die vorig jaar aan het licht kwam bij Kienle.

RENAULT CLASSIC

Renault had dit jaar terug een héél mooie stand en dat was toch wel al enkele jaren  geleden dat ze nog eens met deftig materiaal verschenen in Parijs. Hun thema was dit jaar: recordauto’s.

Zo zagen we de “Etoile Filante” van 1956. Uitgerust met een 270 PK sterke turbinemotor haalde deze blauwe flitser 308,85 topsnelheid op de zoutvlakte van Bonneville.

Dichter bij huis deed deze Nevasport het in 1934 zeker zo goed met 3 wereldrecords behaald op het al eerder aangehaalde circuit van Monthléry nabij Parijs.

Renault Classic had ook een vliegtuig meegebracht met de naam Rafale. En laat dit nu net de naam zijn van een splinternieuw Renault topmodel dat uiteraard ook op de stand stond. De Rafale C460 behaalde in 1934 met een vrouwelijke pilote Hélène Boucher een aantal snelheidsrecords waaronder het vrouwenrecord boven de 1000 km tegen een snelheid van 445 km per uur. Het getoonde vliegtuig is wel een recreatie. Een prachtige stand bij Renault waar verleden en heden perfect werden gecombineerd.

En ook Skoda was dit jaar met een vrij grote stand aanwezig. Ook zij hadden een combinatie tussen verleden en zelfs de toekomst met een conceptcar.

Zal de toekomst er even rooskleuring uitzien als het verleden? U mag zelf oordelen. Wij hebben onze keuze alvast gemaakt. Afwezigen? Zeker. Thuisspeler Stelantis ( Peugeot, Citroën, Lancia, Fiat, Alfa Romeo ) was zeker de grote afwezige. En ook een merk zoals BMW, met toch een prachtig verleden, is al jaren niet meer van de partij. Ook Bugatti en Lamborghini zijn verdwenen. Toch wel jammer.

BUGATTI ATLANTIC

Bugatti was er zelf dan wel niet meer maar toch blijft Rétromobile de beurs waar je de meeste exemplaren van dit merk tegenkomt.

En dit jaar was er zelfs een topstuk met één van de drie Bugatti Atlantic’s. Bugatti wilde de beste auto’s ter wereld bouwen. Hun Royales en model 57 zijn daar een zeer goed voorbeeld van. De 57 wordt voorgesteld op het autosalon van Parijs in 1935. Een jaar later presenteert Jean Bugatti deze, op de luchtvaart geïnspireerde, Atantic versie.

4 exemplaren zien het levenslicht. Eén van deze, chassis 57453, verdwijnt nadat hij net voor de tweede wereldoorlog op transport werd gezet om te ontsnappen aan een Duitse inbeslagname. Deze zwarte Atlantic zal zijn schuilplaats nooit bereiken en verdwijnt in de anonimiteit. Het is ook één van de grootste mysteries in de Franse autogeschiedenis. Waar is 57453? Bestaat de Atlantic nog? Of zit hij ergens in een geheime collectie? Niemand weet het. “La voiture noire” wordt een mythe die vandaag nog altijd leeft.

De twee andere Atlantic’s zijn wel terecht. 57591 behoort toe aan modeontwerper Ralf Lauren en 57374 ( ex Baron Rothschield ) staat in het Mullin museum in de USA.

De geëxposeerde 57473 is de derde. Deze Atlantic heeft wel een rijke geschiedenis. De eerste eigenaar laat al direct enkele aanpassingen uitvoeringen bij een Parijse koetswerkbouwer. Naar het schijnt was dit bij  Figoni maar zekerheid bestaat hier niet over. Een volgende eigenaar komt, in 57473, om het leven in een zwaar ongeval met een trein op een spoorwegovergang. Chauffeur en passagier overleven de klap niet en de Atlantic is niet meer dan een hoop schroot.

Na wat getouwtrek over het eigendomsrecht, de eigenaar had de auto gekocht zonder medeweten van zijn echtgenote en laten inschrijven op zijn maîtresse, wordt 57473 in 1963 opnieuw verkocht. De volgende bezitter probeert om met reserveonderdelen de auto opnieuw op te bouwen. Zo is de originele motor niet meer in het voertuig. Daarna verkoopt hij de Bugatti en de volgende eigenaar laat de Atlanctic opnieuw restaureren. De originele motor wordt gerepareerd en de defecte koetswerk onderdelen worden hersteld en zo véél als mogelijk opnieuw gebruikt. Restaurateur Paul Russell uit Boston brengt 57473 in de hoogst mogelijke kwaliteit en authenticiteit.

Maar deze 5743 blijft uiteraard een wat “opgelapt geval” en dat is samengevat: dit is één van de drie Atlantic’s maar jammer genoeg de minste van de drie. Maar het blijft uiteraard wel een meesterstuk.

Chassis 57374 werd in 2017 nog winnaar van het concours ‘ élégance in Chantilly. Jim Mullen was er toen speciaal mee naar Europa gekomen. Als u deze wil zien kan dit hier.

SUPERCARS

De organisatie had dit jaar een hoek van een hall voorzien voor supercars. Niet echt iets wat op een classic beurs hoort maar zeker een publiekstrekker. Supercars boeien een groot publiek en doen vele mensen dromen. En dat bewees de mensenmassa aan de verschillende stands.

En van de ouwe Bugatti Atlantic maken we zo direct de overgang naar deze vrij recente “Centodieci”. Een, in tien stuks op basis van de Bugatti Chiron, gebouwde hommageversie van de EB 110 gekoppeld aan de 110e verjaardag van het merk uit Molsheim.  Chassis nr. 1 stond te koop.

Maar ook Lamborghini , Mclaren, Pagani en Konigsegg waren talrijk aanwezig. Op de Fiskens stand was er deze Aston Martin Valkyrie. Een wat misgelopen Le Mans Hypercar project waarvan er dan nadien met véél vallen en opstaan toch een serieversie werd geproduceerd. Onlangs kondigde Aston Martin wel aan dat ze na 6 jaar toch de stap naar Le Mans gaan zetten in 2025. We hopen voor hun dat ze niet te laat zullen zijn. Met de Mercedes AMG One zagen we ook een ander problemenkindje. Na vele en moeizame jaren van ontwikkeling werden vorig jaar, met een achterstand van vijf jaar, de auto’s uitgeleverd aan hun kopers. Eén van deze was beschikbaar voor een latere verkoop. Mercedes heeft in zijn contract een clausule opgenomen dat de koper verbiedt om de auto direct door te verkopen met een woekerwinst.

MOTORFIETSEN

Een andere nieuwigheid was de aanwezigheid van verschillende motorfietsmerken. En de meeste topmerken tekenden present. Op hun stands presenteerden ze een mix van “oud en nieuw”.

FERRARI 250 GTO : NIET 1 MAAR ZELFS 2 !!

Een Ferrari 250 GTO is geen auto die je regelmatig tegenkomt. Op een beurs als Rétromobile kan dat soms wel eens gebeuren. Dit jaar werden we echt verwend met twee exemplaren. Eén “gewone” GTO en een latere 64 versie.

Kidston die enkele jaren geleden ook al fors uitpakte met een Mclaren F1 tentoonstelling had, en dit enkel voor expo en niet voor verkoop, nu een Ferrari 250 GTO meegebracht. Chassisnummer 3729 GT in Bianco wit stond centraal op hun al even imposante stand.

Deze, in augustus 1962 in het UK afgeleverde, Ferrari debuteerde de zelfde maand nog het circuit van Brands Hatch. Roy Salvatori behaalde een tweede plaats in de Peco Trophy. Twee weken later deed de grote Graham Hill dit nog eens over in de RAC TT of Tourist Trophy in Goodwood. Een wedstrijd die vandaag nog altijd in het programma van de Goodwood Revival zit. 3729 GT bevindt zich trouwens vandaag in de configuratie van deze wedstrijd.

De buren van Girardo & Co hadden de laatste versie 64 versie bij van deze GTO. Ook een prachtige auto maar jammer genoeg waren ze niet echt gul met info wat deed vermoeden dat er misschien wel iets niet correct was aan deze Ferrari.

SCHUPPAN 962 CR

Ook bij Kidston op de stand: deze unieke Schuppan 962 CR. Vern Schuppan, ex Le Mans 24 uren winnaar en lange tijd fabriekspiloot bij Porsche, had het idee om zijn eigen auto te ontwerpen en te bouwen. Dat gebeurt wel eens meer!  Op een basis van de Porsche 962 groep C creëerde Schuppan deze 962 CR.

Het chassis was niet meer in aluminium maar Schuppan produceerde eigen carbon monocoques. Het was ook de bedoeling om de auto voor de weg te homologeren. De eerste twee stuks hadden een koetswerk dat identiek was aan de groep C Porsche 962C. De latere vijf stuks, zoals het getoonde exemplaar, hadden dit eigen Schuppan koetswerk.

Schuppan gebruikte al de onderdelen die bij Porsche voorradig waren met donors van de 935, 956 en 962. Deze 962 CR haalde een topsnelheid van 350 km/u en was bij zijn lancering de duurste auto van de wereld tot de Mclaren F1 deze titel kwam afnemen.

ECURIE ECOSSE

Voor de mooiste opstelling van het salon zorgden ze dan weer bij Fikskens met deze Commer TS3 Transport die gebouwd werd voor de Ecurie Ecosse.

Dit beroemde raceteam werd compleet met bijhorende Jaguar D-Type ( boven op de transporter ) en C-Type tentoongesteld. Deze transporter is ook een regelmatige bezoeker van de Goodwood Revival.

RICHARD MILLE  FERRARI EXPO

Traditioneel vinden we de stand van Richard Mille altijd terug op de zelfde locatie op het salon. Waar er tot enkele jaren geleden altijd Mclaren’s stonden waren deze nu vervangen door Ferrari’s.

Uurwerkbouwer Mille had de winnende Ferrari 499 SP meegebracht. Met deze auto kon u al kennis maken in ons artikel over het WEC

Al de tentoongestelde auto’s hadden een Le Mans geschiedenis zoals deze ex Garage Francorchamps Ferrari

CHOPARD

De Collega’s van Chopard hadden dan weer de “Mille Miglia” als thema. Als trouwe hoofdsponsor van deze historic toprally is dit uiteraard een juiste keuze. Naast hun bijhorende collectie uurwerken hadden ze een Ferrari en Bugatti meegebracht.

PORSCHE 917

Een Porsche 917 mag uiteraard niet ontbreken in Parijs en deze keer vonden we toch wel wat een speciale met een op de openbare weg toegelaten exemplaar. Chassis #030 werd na het seizoen van 1971 omgebouwd van een wedstrijd- naar een baanversie.

In opdracht van graaf Rossi di Montelera ( Martini ) werd er zelfs een lederen interieur gemonteerd.

De 917 krijgt een nummerplaat van Texas en een toelating voor de openbare weg. In 2018 verandert hij van eigenaar voor de som van 32 miljoen euro. Deze 917 stond op de stand van Joe Macari die voor de eerste keer deelnam aan Rétromobile en was niet te koop.

Op zijn stand nog andere prachtige dingen zoals deze Maserati MC 12 uit het FIA GT1 tijdperk.

Of een Mercedes CLK GTR GT1 uit 1997 die in 1997 de wereldtitel binnenhaalde in een hevige strijd met de Schnitzer Mclaren F1 GTR.

En nu we het toch over de Mclaren F1 hebben: ook deze ex BMW Japan Lark F1 stond op de stand van Macari.

BIZZARRINI

Giotto Bizzarrini hoeven we u uiteraard niet meer voor te stellen. Deze Italiaanse topingenieur bouwde voor Ferrari mee aan de 250 GTO. Daarna kwam  ook de 250 Breadvan van zijn hand. Na een dispuut met Enzo Ferrari richt hij zijn eigen autobedrijf op om ISO en Bizzarrinni’s te bouwen. Hij overleed op 13 mei van vorig jaar.

Het merk werd recent opnieuw opgestart met de recreatie van deze iconische 5300 GT Corsa. 24 exemplaren zullen hiervan gebouwd worden. Voor een kleine 2 miljoen euro + BTW en taksen kan er zo ene de uwe worden. Ze komen uit de ateliers van RML in Engeland. Later zou nog een nieuwe supercar met een V12 motor volgen.

Zijn we ondertussen rond? Bijlange niet maar er was zoveel te zien dat niet alles aan bod kon komen. We wisten het al na 50 meter in de hallen: dit is opnieuw een topper. Wat niet aan bod kwam in ons artikel hebben we onderaan in een fotoreeks gezet. Een bezoek meer dan waard! En er zijn inderdaad héél véél racewagens bij. Maar die vinden we de laatste jaren ook meer en meer terug op Rétromobile. Maar u kan er toch ook de mooiste seriewagens in terug vinden. Hier bovenop komen we binnenkort nog met een tweede artikel met nog 10 niet behandelde topstukken.

En we waren niet alleen in Parijs want er doken nog 130.000 andere autogekken op die het zelfde idee hadden. De eerste salondagen waren er door de protestacties van de landbouwers wel minder aanwezigen in de hallen maar uitstel is geen afstel en in het weekend was het op de koppen lopen.

En het niveau is zo hoog aan het worden dat één bezoekdag niet meer voldoende is om alles in detail te kunnen bekijken. Dus misschien voor volgend jaar toch best twee dagen voorzien.

Rétromobile en Parijs: het blijft een perfect huwelijk en altijd een bezoek meer dan waard!

Artikel en foto’s: Joris De Cock