GOODWOOD FESTIVAL OF SPEED 2023: Zelfs met 75% van het programma een topevenement!!

Het Festival of Speed in Goodwood is de jaarlijkse hoogmis voor elke respectabele auto- en autosportliefhebber. Je ziet er zaken voorbij komen die je nergens anders tegenkomt.

De voorbije jaren was dat wel iets minder met de coronacrisis en de Brexit, maar sinds vorig jaar was er toch al terug een kentering. Die had zich nog verder doorgezet en was het opnieuw “Full Speed” op het Festival of Speed met, terug van weggeweest,  deelnemers uit de USA, Japan en Australië.

75 JAAR PORSCHE

Traditioneel op het FOS zijn de talrijke vieringen. Jarige constructeurs of organisaties worden in de kijker gezet. En ze bleven maar komen, de ene na de andere. We beginnen met het centraal merk en dat was deze keer Porsche dat dit jaar 75 kaarsjes mag uitblazen. Hier bovenop is het ook 60 jaar geleden dat hun iconische 911 het levenslicht zag.

Als centraal merk mocht Porsche ook het beeldhouwwerk voor Goodwood House van auto’s voorzien.  Het sculptuur, dat traditioneel ontworpen en gebouwd wordt door kunstenaar Gerry Judah, toonde zes Porsches die mooi onderverdeeld waren met 3 straatversies en 3 racewagens. Een 356 kon uiteraard niet ontbreken en ook twee 911 versies mochten er plaats op nemen. Een huidige 992 in Martini uitvoering en een 997 Sport Classic met zijn typische “eenden staart”.

De raceafdeling had een nieuwe 963 LMDh uit het WEC meegebracht en de Classic afdeling een 962 Joest Blaupunkt uit de Groep C periode. Ook de korte deelname in de Formule 1 werd herdacht met de 718/2

En Porsche had uiteraard ook een ganse collectie auto’s bij  voor de heuvelklim. Hier zagen we enkele 911 straatversies voorbij komen maar het waren vooral racewagens die in deze reeks mochten schitteren. En wie Porsche zegt komt uiteraard bij de 24 uren van Le Mans terecht. Met 19 overwinningen is Porsche ook de recordhouder. En al de voornaamste auto’s waren aanwezig met de 917, 911, 935, 936, 956, WSC-95, en de 919 Hybrid die afkomstig waren uit het Porsche museum of een privé collectie.

De 917 van 1970 opende de Le Mans reeks en dit was de originele auto van toen. Porsche ze heeft zelf ook deze versie maar dat is een replica.

De laatste winnende Porsche, de 919 Hybrid, mocht dan de reeks afsluiten. Dit was ook de originele winnaar met ook een originele piloot, Timo Bernhardt, aan het stuur.

Maar ook de 911 werd niet vergeten. We zagen ze in alle varianten van een nog simpele 911 Carrera van 1973 tot de RSR van 1975.  Deze Jägermeister Kremer werd gebruikt in de DRM kampioenschap.

Ook de Groep 5 periode was erbij met de 935 turbo. Porsche had zelfs de allereerste versie bij met de Le Mans auto ( met dubbele koplampen ) van 1976. Deze stond vele decennia in het museum van Mulhouse maar werd ondertussen helemaal opgefrist en terug rijklaar gemaakt door Porsche Classic.

Met de Kremer 935 K3 zijn we dan weer aanbeland in het DRM van 1980. Deze Jägermeister uitvoering bezorgde vele liefhebbers onvergetelijke momenten.

De Iron Ladies hadden hun huidige roze 911 GTE RSR uit het WEC bij. Over deze dames kan u meer lezen in ons artikel over het WEC van Francorchamps.

Een zelfde exemplaar was er, met de ondertussen vijf jaar oude, “Pink Pig” 911 RSR die in 2018 de GT klasse kon winnen in Le Mans.

En de 911 was niet alleen een circuitracer. Ook in de rallywereld werd er regelmatig gebruik van gemaakt. De slopende Safari rally in Kenia was bijna op maat gemaakt voor deze Porsche.

Maar het kon nog ruwer met de Parijs-Dakar versies van de 911. Eerst met de 953 en later de 959. Een vierwiel aangedreven en verhoogde 911 kon in 1984 deze rallyraid winnend afsluiten voor de concurrenten met hun typische “Jeep” modellen. In 1985 lukte het met de nieuwe 959 niet maar een jaar later mocht de 959 Rothmans ( met GPS systeem ! ) als winnaar over het strand van Dakar rijden.

Eveneens in Rothmans kleuren is deze 911 SC RS Groep B. Twintig exemplaren werden ervan gebouwd. Bij ons reden ze mee in het Belgisch kampioenschap in Belga en Bastos kleuren. Deze Rothmans werd door Prodrive ingezet in de Europese wedstrijden. Een nog jonge Henri Toivonen won er de Costa Smeralda en de 1000 Pistes mee in 1984.

Er was ook een reeks met Porsche raceprototypes die begon met de 550A Spyder en verder liep met de 718/8 RS Spyder, de 904 Carrera GTS, de 906, 908LH en verschillende 917 en 956/962 versies.  De aanwezige 906 kwam hiervoor zelfs speciaal over vanuit Japan.

We hadden vijf jaar geleden al een prachtige Porsche verzameling gezien tijdens hun 70 jarige viering op het FOS en we hadden wat schrik dat we terug de zelfde zouden zien maar op vijf stuks na was dit helemaal niet het geval.

Een prachtige en mooie reeks.

100 JAAR 24 UREN VAN LE MANS

Een thema dat we in 2023 echt overal tegenkomen ( en terecht ) is het eeuwfeest van de 24 uren van Le Mans. Na de expo op Rétromobile – hier meer info en de feestelijkheden in het voorprogramma van de wedstrijd zelf en daarna Le Mans Classic was nu Goodwood aan de beurt.

Het FOS en Goodwood mochten uiteraard niet ontbreken en volgens goede Goodwood traditie was deze Le Mans reeks echt impressionant. Uit elk decennia vonden we winnaars, dubbele winnaars en de meest opmerkelijke auto’s.

In de beginjaren waren het de Bentley boys die met hun “3 Litre” en “Speed Six” voor het mooie weer zorgden. Maar ook de Alfa Romeo 8C 2300 MM en de Lagonda M4S Rapide tekenden present.

Een echt buitenbeetje uit 1950 was de Cadillac Series 61 ofwel “Le Monste”. Deze bijnaam kreeg de Cadillac cadeau van het toenmalige Franse publiek. Deze aangepaste versie, voorzien van een ander aerodynamisch koetswerk van de 61, eindigde op de elfde plaats. Een normale versie deed dit een plaatsje hoger op plaats tien.

Mercedes won met de W194 de editie van 1952 en de Jaguar D Type van 1956 was overgekomen vanuit het Louwman museum in Den Haag.

Ook Ferrari kon tot 2023 negen keer deze Franse klassieker winnen. Hun allereerste 166MM was er niet maar we zagen wel de 250 TR, 250TR58 en 275P.

Uit een latere periode zagen we de 512S van Pink Floyd drummer Nick Mason. Deze Ferrari werd na een korte racecarrière verkocht aan de filmmaatschappij Solar Productions van Steve Mcqueen en was te zien in zijn legendarische Le Mans film die zeker een aanrader is voor autosportliefhebbers.

Ook aan hun tiende overwinning werd aandacht besteed met de authentieke winnende 499SP.

Naast de 499SP pronkte de éénmalige overwinningstrofee van 2023.

En die tien overwinningen van Ferrari hadden er véél méér kunnen zijn ware het niet dat ene Henry Ford besloot om Enzo eens een lesje te leren nadat de onderhandelingen voor de overname van Ferrari door Ford werden stopgezet door een beslissing van Mr Ferrari.

Ford bouwde zijn eigen auto voor Le Mans en de GT40 was geboren. Na enkele moeilijke jaren kwam de overwinning in 1966. Bruce Mclaren en Chris Amon reden met hun zwarte GT40 naar de winst. Ook de drie volgende jaren was de winst voor Ford. In 1968 en 1969 zelfs met de zelfde auto van het Gulf John Wyer team. Chassis 1075 is één van de weinige dubbele Le Mans winnaars. Uiteraard stond 1075 op het FOS. Jammer genoeg enkel statisch. Over de overwinning van 1969 met onze landgenoot Jacky Ickx aan het stuur kan U  hier meer lezen.

Ford had ook zijn, onlangs voorgestelde, laatste nieuwe Mustang GT3 meegebracht. Deze Mustang zal vanaf 2024 ingezet kunnen worden in alle GT3 kampioenschappen en in de nieuwe Le Mans GT klasse. En als Amerikanen kiezen ze uiteraard voor een dikke 5,4 liter atmosferische V8. Ja, het is duidelijk een “Amerikaan”. Laat maar komen zouden we zeggen. Deze Mustang is een samenwerking tussen Ford Performance, Multimatic ( chassis ) en M Sport ( motor ).

Er was ook een Franse inbreng met winnende exemplaren van Matra, Renault en Rondeau. Het verhaal van Rondeau kwam bij ons al eerder aan bod en kan u hier nog eens lezen.

Na de eeuwwisseling was er een dominantie van Audi in Le Mans. Vanaf 2000 werden er negen opéénvolgende overwinningen behaald door hun R8  en R 10 TDi.

Enkel in 2003 moesten ze de winst aan Bentley laten met de Speed 8. Maar dit was volledig gepland. Audi stuurde dat jaar geen fabrieksteam ter plaatse en de Bentley was in feite een Audi met een ander koetswerk. Wel een héél mooi koetswerk.

Na een overwinning van Peugeot in 2009 deed Audi er nog vijf stuks bij. Eerst met de R15 Tdi en daarna vier met de R18 e-tron quattro hybrid. En zoals het een goeie hybrid beaamt viel deze stil in de beklimming van de heuvel. Het waren toen al complexe auto’s en zelfs nu blijkt het nog moeilijk te zijn.

Bij Porsche was het niet beter. De al even complexe 919 hybrid moest verschillende keren door de mekaniekers mee in gang worden geduwd. En ja, deze weigerde ook verschillende keren dienst. We hadden deze 919 in 2018 ook zien rijden op het FOS. Toen waren er rond de 30 personen bij om dit te realiseren. Deze keer waren dat er slechts een vijftal en de ontbrekende 25 waren duidelijk misschien toch wel nodig.

Vanzelfsprekend mocht Jaguar in deze reeks niet ontbreken. De D Type kwam al aan bod en in de Groep C periode won het merk uit Coventry twee keer met de XJR 9 in 1988 en de XJR 12 in 1990. De prachtige Silk Cut versie van de eerste overwinning was door Jaguar Heritage nog eens buiten gehaald uit de lokalen van hun Heritage Trust. Het is trouwens de enige TWR Groep C Jaguar die deel uitmaakt van hun collectie. Al de andere zitten bij privé eigenaars.

Voor het meeste lawaai zorgde dan weer, de winnaar van de 1991 editie, de Mazda 787B met zijn wankelmotor. Deze 787B was de originele Le Mans winnaar die speciaal voor de viering in Le Mans en Goodwood was overgekomen uit Japan. Toenmalig winnaar Johnny Herbert had de eer om terug achter het stuur van de Mazda te zitten.

De collega’s van Toyota hadden dan weer hun laatste Le Mans winnaar, de GR010 Hybrid, meegebracht. Deze stond statisch in de paddock opgesteld.

75 JAAR NASCAR

Naast Le Mans was er nog een organisatie die 75 kaarsjes mocht uitblazen: het Amerikaanse Nascar dat vooral bekend is van de wedstrijden op speciaal daarvoor aangelegde ovaalcircuits.

Alle grote Amerikaanse merken zoals Pontiac, Chevrolet, Buick, Chevrolet, Dodge en Ford nemen of namen er ooit aan deel. Nascar is in Amerika één van de populairste sporten

Het circus trekt van begin februari tot begin november gans de Verenigde Staten rond om elke week een wedstrijd af te werken. Het is een spektakelautosport die misschien voor de Europeanen wat saai is maar de Amerikanen smullen ervan met volle teugen.

De evolutie is wel duidelijk merkbaar. Waar de oudste modellen nog afgeleid waren van een serieauto, inclusief bv de chroom bumpers, zijn het tegenwoordig buizenframes die voorzien zijn van een plastieken koetswerk waarop zelfs de koplamp een zelfklever is.

Een van de meest imposante Nascar auto’s blijft ongetwijfeld de Dodge Charger Daytona met zijn imposante achtervleugel.

De hoofdattractie in deze reek was de Chevrolet Camaro ZL1 van Hendrick Motorsport die net had meegereden in de 24 uren van Le Mans en dit ter gelegenheid van de 75e verjaardag. Hiervoor moest de Camaro wel volledig onder handen genomen en op vele vlakken aangepast worden. Zo heeft een Nascarauto geen koplampen en die zijn héél belangrijk in een 24 uren wedstrijd.

Hendrick Motorsport had de Le Mans auto bij die statisch stond opgesteld in de paddock. De heuvelklim werd gedaan met een hun reservewagen die perfect conform was met de originele. Ex F1 wereldkampioen Jenson Button en ex Le Mans winnaar Mike Rockenfeller, die er allebei de 24 uren mee hadden gereden samen met Nascar legende Jimmie Johnsson, zaten achter het stuur van deze fantastisch klinkende V8 Camaro. Al bij al was de deelname in Le Mans niet echt slecht. De ZL1 was op een ronde zelfs sneller dan de GT auto’s van Porsche, Ferrari, Aston Martin en Corvette. Op de rechte stukken was de snelheid zelfs maar iets minder dan een LMP2 auto. In de bochten was het wel wat anders: het blijft een Amerikaanse “muscle car”. Snel op de rechte lijnen maar traag in de bochten.

50 JAAR WRC

En zoals al aangehaald: de vieringen bleven maar komen. In 2023 is het vijftig jaar geleden dat het wereldkampioenschap rally het levenslicht zag. De eerste jaren was er enkel een constructeurskampioenschap voor merken en de eerste wereldkampioen was Alpine-Renault met hun berlinette A110.

Vier jaar later was er ook een wereldtitel voor piloten en deze was voor het legendarische koppel Sandro Munari en zijn Lancia Stratos HF. De wereldtitel bij de merken ging dat jaar wel naar zustermerk Fiat met hun 131 Abarth.

Ook de Ford Escort is een heuse rallymachine. In 1981 wint Ari Vatanen samen met Dave Richards ( de latere baas van Prodrive ) het kampioenschap met deze Ford Escort 1800 in Rothmans uitvoering.

De meest legendarische rallyauto’s zijn nog altijd de fameuze “Groep B” monsters. Lancia Delta S4, Audi Quattro Sport, Ford RS 200 of deze Peugeot 205 T 16 Turbo Evo 2 zijn maar enkele voorbeelden van hoe het er toen aan toe ging. Deze Groep B wordt eind 1986 afgevoerd door de FIA wegens te snel, te gevaarlijk en te véél dodelijke ongelukken.

Uiteraard mocht de Audi Quattro niet ontbreken. Audi introduceerde de vierwielaandrijving in de rallysport. Zeker efficiënt maar een tweewiel aangedreven Escort of Lancia Stratos zorgde toch voor véél meer spektakel. Audi Tradition had zijn allereerste Quattro meegebracht naar het FOS. Deze werd bestuurd door de zonen van toenmalig Audi piloot Hannu Mikkola.

Vanaf 1987 komt de Groep A deze monsters vervangen. De Lancia Delta Integrale is de nieuwe dominator en wint zes opéénvolgende WK’s met aan het stuur Miki Biasion, Carlos Sainz en Juha Kankkunen. Deze Martini Lancia’s zijn ondertussen legendarisch.

Even legendarisch zijn de Subaru’s Impreza waarmee Colin Mcrae ( 1995 ), Richard Burns ( 2001 ) en Petter Solberg ( 2003 ) het WK binnen haalden. Prodrive, die toen de preparateur was van deze Impreza’s, brengt zelfs een nieuwe en tot 25 stuks beperkte reeks van deze iconische Subaru uit onder de benoeming Prodrive P25. Met een prijskaartje van 460.000 pond + BTW en enkel op de openbare weg te immatriculeren in het UK.

In deze periode wijzigt het reglement ook van Groep A naar de tot nu nog altijd gebruikte WRC formule. De Fransman Sébastian Loeb was toen ongenaakbaar met 9 opéénvolgende titels met Citroën. Hij wordt daarna opgevolgd door zijn landgenoot en hevige concurrent Sébastien Ogier die er 8 binnen haalt.

Vandaag heeft ook de hybride techniek zijn intrede gedaan in het WRC. Deze Ford Puma gaat de strijd aan met de Toyota GR Yaris en Hundai 120N.

Het WRC is nog altijd een fel bevochten kampioenschap dat net zoals in de Formule 1 vandaag véél professioneler wordt aangepakt door de teams en de FIA.

Het charmegehalte is in de loop de jaren wel wat gedaald maar de wedstrijden zelf blijven nog altijd héél spectaculair. Toch ziet de toekomst voor het WRC er niet echt rooskleurig uit. Nieuwe merken lijken niet echt interesse te hebben in deze formule.

75 JAAR GOODWOOD

En ook de organisator had een verjaardagsfeestje te vieren en zelfs een dubbel met 75 jaar autosport in Goodwood en 30 jaar Festival of Speed.

De geschiedenis van het Goodwood circuit werd inderdaad in 1948 opgestart met een racebaan op de restanten van het RAF vliegveld Westhampnett. Legendes van toen mochten opnieuw hun opwachting maken in deze reeks. We zagen onder meer  de imposante BRM 15  V16, diverse Aston’s zoals de DB3 en DBR2 en de Ferrari 250 GTO en 250GTO/64

Maar daar bleef het niet bij. Vanaf 1966 werden er wel geen wedstrijden meer gereden op het circuit maar het bleef wel beschikbaar voor testritten.

Meerdere F1 teams maakten er regelmatig gebruik van. Eén van deze teams was Brabham maar ook Mclaren of Tyrrell kwamen regelmatig langs. Het GMA team van Gordon Murray had hiervoor speciaal zijn Martini Brabham BT44 meegebracht met aan het stuur drievoudig Indy 500 winnaar Dario Franchitti.

Daarna werd het circuit gesloten tot het half jaren negentig gerestaureerd werd. Het vernieuwde circuit, nog altijd in de sfeer van de jaren 60, werd eerst de locatie voor de Goodwood Revival en later werd de Members Meeting nieuw leven ingeblazen.

Verschillende auto’s uit deze evenementen reden voorbij. De nest herstelde Ferrari 250 GT Breadvan was één van de publieksfavorieten uit de Revival Meeting.

De Ford Capri 3.0 S is dan weer één van de publiekstrekkers uit de Members Meeting.

Ook het FOS of Festival of Speed bestaat dertig jaar. Omdat er toen nog geen vergunning was om het motorcircuit opnieuw te gebruiken kwam dit concept als tussenoplossing uit de bus. Het kleinschalig tuinfeest ( wel al met de heuvelklim ) groeide op enkele jaren uit tot een wereldklasse evenement.

Verschillende deelnemers uit deze dertig jarige periode maakten opnieuw hun opwachting. De vuurspuwende Fiat S76 of “Beast of Turin” is ondertussen een vaste jaarlijkse waarde.

Maar ook een Ferrari GTO of de Mercedes 300 SLR zijn regelmatige bezoekers.

En de deelnemers komen uit de meest verschillende disciplines. Bewijs hiervan deze Peugeot 405 T 16 waarmee Ari Vatanen ooit de Pikes Peak heuvelklim mee reed.

En uiteraard is ook hier de Formule 1 goed vertegenwoordigd met onder meer een ex Jackie Stewart Tyrrell 006 of een replica van de Ferrari 156 “Sharknose”.

Maar ook landrecordauto’s zagen we voorbij komen zoals de al eerder aangehaalde Fiat S76 of deze Thomas Special die beter bekend is onder zijn bijnaam “Babs”.

SEBASTIAN VETTEL

Eregast van deze editie was de net gepensioneerde viervoudig Formule 1 wereldkampioen Sebastian Vettel. Hij had twee legendarische Formule 1 auto’s meegebracht uit zijn privé collectie.

Pronkstuk was zeker de Williams FW14B Renault ( Red Five )  waarmee Nigel Mansell in 1992 de WK titel behaalde en negen keer als winnaar de geblokte vlag zag.

Vettel reed met beide wagens één run in de Formule 1 batch. Gelukkig dat hij erbij was want dit jaar waren enkel nog de F1 teams van Ferrari en Mercedes present voor de heuvelklim. Red Bull was er wel maar enkel statisch.

De tweede auto uit de Vettel collectie was de Mclaren MP4/8 Cosworth van 1993. De grote Ayrton Senna zorgde toen voor het nodige weerwerk tegen het oppermachtige Williams team waarin Alain Prost zijn comeback maakte. De MP4/8 was niet zo snel als de Williams FW15 maar Senna maakte dikwijls het verschil en zeker in moeilijke omstandigheden zoals de Europese Grand Prix op Donington. Daar reed hij beide Williams rijders in héél natte en variabele omstandigheden van het kastje naar de muur en dit zonder tractiecontrole, iets wat de Williams toen wel al had.

Het is geen geheim dat Sebastian de laatste jaren meer en meer bezorgd is over ons milieu. Al eerder lanceerde hij een “Red de bij” campagne en nu gaat hij verder met het een volgende “Race without trace” of koersen zonder een spoor na te laten door het gebruik van carbon neutrale brandstof of CNF. Deze duurzaam geproduceerde brandstof laat geen CO2 sporen na in de lucht. En zoals we konden merken draaiden de V8 en V10 motor ermee zonder problemen.

MILIEUVRIENDELIJKE BRANDSTOFFEN

Maar Sebastian was niet de enige milieubewuste in Goodwood. Twintig procent van de deelnemende auto’s reed op een milieuvriendelijk alternatief. De meeste op elektriciteit maar als we zien dat deze door een dieselgroep wordt geproduceerd is het toch niet de ideale oplossing.

BMW had voor de gelegenheid zijn in 2004 voorgestelde prototype H2R meegebracht. Dit wat ondertussen vergeten concept is voorzien van een 6 liter V12 verbrandingsmotor die functioneert op waterstof. En het geluid dat deze V12 maakt is zeker vergelijkbaar met een “dikke” 6 cilindermotor met sportkenmerken op traditionele benzine. Het is nu niet moeders mooiste auto maar het geluid op waterstof was zeker ok.

Ook Toyota is net zoals BMW een waterstofpionier van het eerste uur. Beide merken hebben zelfs een samenwerkingsakkoord afgesloten voor verdere ontwikkeling van waterstofprojecten. Toyota Gazoo had een Yaris rally auto meegebracht. Rowan Atkinson “Mr Bean” was één van de uitverkorenen die ermee de heuvel mochten oprijden.

Maar daar stopt het niet: Toyota had ook zijn GR H2 Racing Concept bij. Een Le Mans prototype dat vanaf 2026 in de etmaalrace zou moeten debuteren.

En ook de oude mannen deden mee om voor een beter milieu te zorgen. Zowel de oudste auto van de meeting, de Mercedes Grand Prix van 1908, en de Fiat 76S van 1913 reden rond op synthetische brandstof. Hoe mooi kan het zijn als het verleden de weg toont naar de toekomst!!

Bovendien vertelde Duncan Hamilton dat hij één tankbeurt minder nodig had om vanuit zijn woonplaats naar Goodwood te rijden. En de vlammen uit de uitlaat waren er nog altijd en leken zelfs deze keer nog iets groter dan vroeger.

Ook de constructeurs deden hun bijdrage. Toyota liet zijn Supra GT4 evo ( een racewagen ) met e Fuel rondrijden.

En alle Bentley’s deden dit met hernieuwbare brandstof.

En ze mogen dan wel met een elektrische rondrijden, toch stond  één van de piloten van de McMurtry  op zondagmorgen vol bewondering te kijken naar de V12 van de Ferrari 512S. Zo’n prachtstuk vindt hij niet in zijn auto.

75 JAAR LOTUS

De 75 jarigen waren talrijk dit jaar. Naast Porsche en Goodwood zelf mocht ook Lotus 75 kaarsjes uitblazen.

Het was inderdaad in 1948 dat Colin Chapman het merk oprichtte en de Lotus Mk 1 bouwde. Chapman was een genie in het bouwen van succesvolle racewagens en sportwagens. Hij bouwde ze volgens het principe: “Minder is meer” wat wilde zeggen dat minder gewicht een pluspunt is om snelheid te genereren.

De Lotus Esprit is misschien de bekendste seriewagen maar ook de Elan, Europa, Eclat, Exige en de twee jaar geleden Emira horen zeker bij de klassiekers.

Maar wie Lotus zegt komt automatisch in de Formule 1 terecht. Met wereldkampioenen als Jim Clark, Jochen Rindt, Graham Hill,  Emerson Fittipaldi en Mario Andretti zitten we al in een elite gezelschap. Daar bovenop reden ook nog andere grote piloten zoals Ronnie Peterson, Gunnar Nilsson, Jacky Ickx, Ayrton Senna, Nelson Piquet, Sterling Moss voor Lotus.

Naast de piloten zijn ondertussen ook de auto’s legendarisch geworden. De Lotus 49 van Jim Clark was erbij. Deze 49 zorgde in de Nederlandse Grand Prix op Zandvoort voor de allereerste overwinning van de Cosworth V8 motor. Jim Clark werd er ook wereldkampioen mee nadat hij dit enkele jaren daarvoor al met de Lotus 25 had gedaan.

Eén van de meest legendarische Lotus modellen is ongetwijfeld de 72 F1 auto. Zes jaar duurde de carrière van misschien wel één van de mooiste Formule 1 auto’s ooit. De 72 debuteerde in de Spaanse Grand Prix en 1970 en Jochen Rindt werd er, in dat jaar, postuum wereldkampioen mee. Het was ook één van de eerste auto’s voorzien van sponsering. Sigarettenfabrikant Gold Leaf  ( een merk van Imperial Tobaco ) zorgde voor een extra budget.

Imperial Tobaco lanceert in 1971 met John Player Special, via Lotus, ook een nieuw sigarettenmerk. De Lotus 72 wordt nu een echt icoon. De zwarte lak voorzien met de gouden logo’s van JPS zullen onvergetelijk worden in de autosport.

Emerson Fittipaldi wordt in 1972 de jongste wereldkampioen ooit in de Formule 1 aan het stuur van een JPS Lotus 72. Deze 72 zal ook nog in 1973 héél succesvol blijven. Emerson Fittipaldi kan zijn titel niet verlengen door een zwaar ongeval in de Nederlandse GP. De volgende wedstrijden is hij niet echt fit en ziet hij Jackie Stewart zijn derde en laatste titel binnenhalen.

Voor 1974 stelt Chapman de nieuwe Lotus 76 met zowaar een dubbele achtervleugel. Dit is echter geen succes en de ouwe 72 wordt opnieuw van stal gehaald. Ronnie Peterson wint er zowaar nog de GP’s van Monaco, Frankrijk en Italië mee. Onze landgenoot Jacky Ickx wint, als vervanger van Fittipaldi die naar Mclaren is vertrokken, de buiten kampioenschap wedstrijd “Race of Champions” op Brands Hatch. Deze Ickx zorgt één jaar later ook voor het laatste podium voor de 72 in de GP van Monaco.

Met de Lotus 79 komt er in 1978 een nieuwe evolutie in de F1. Chapman had zijn ontwerp voorzien van zijdelingse latten waarmee de auto als het ware naar beneden werd gezogen. De 79 met Mario Andretti en Ronnie Peterson is de nieuwe referentie in de F1 wereld. Eerste piloot Andretti mag wereldkampioen worden en Peterson blijft, zoals het contractueel was vastgelegd, achter Mario. Lotus verpulvert de concurrentie en Andretti en Peterson eindigen de meeste wedstrijden als één en twee. Peterson meestal vlak achter Andretti. De wedstrijden waarin Andretti uitviel werden dan meestal gewonnen door Peterson. De Italiaanse GP op Monza wordt wel een drama voor Lotus. Ronnie Peterson komt om het leven in een zware startcrash. Met hem verdween één van de meest sympathieke en vooral snelste piloten van zijn periode. Zijn bijnaam was niet voor niks “Super Swede”.

Ook de grote Ayrton Senna beleefde mooie momenten in het Lotus team. Zijn 99T Honda in Camel uitvoering stond statisch in de paddock. De Lotus was net als de Williams toen voorzien van de Honda V6 turbo maar had als eerste F1 wagen een actieve ophanging. De Lotus was iets minder snel dan de Williams maar door zijn ophanging was Senna onklopbaar op stratencircuits. Hij won beide stadswedstrijden in Monaco en Detroit. Ayrton wordt ook de beste niet Williams piloot met een derde plaats in het eindklassement.

60 JAAR MCLAREN

Vijftien jaar nadat Chapman Lotus stichtte deed een Nieuw-Zeelandse kiwi het zelfde. Ene naar Engeland uitgeweken Bruce Mclaren stichtte een raceteam met zijn eigen naam. Nog meer dan Lotus zal Mclaren uitgroeien tot één van de topteams in de F1.

Bruce beschikt over een meerdere capaciteiten. Naast ontwerper en technieker is hij eveneens een prima piloot. In het begin rijdt hij met Cooper auto’s maar na acht jaar ontwerpt en bouwt hij zijn eigen auto’s.

En het is niet enkel Formule 1 dat op zijn programma staat. Mclaren bouwt ook Formule 2 auto’s, Formule 5000, Groep 7 proto’s, Indycars en Canam auto’s. Over deze laatste kan u alles lezen in ons artikel over de Canam.

Daarin kan u ook lezen dat Bruce Mclaren op 32 jarige leeftijd verongelukte op het circuit van Goodwood bij het testen van zo’n Canam auto.

Mclaren had werkelijk alle registers open getrokken om er een groot feest van te maken. Meer dan 30 unieke stukken die zowel van Mclaren zelf of uit privé collecties kwamen.

Ze hadden zelfs de auto bij waar ooit alles mee begon: een Austin Ulster 7 die door de vader van Bruce werd gereden en waar zoonlief had geholpen met de opbouw. Op 15 jarige leeftijd won Bruce zijn eerste wedstrijd aan het stuur van deze Austin. Voormalig Mclaren ontwerper en directeur Neil Oatley had de eer om deze Austin de Goodwood heuvel op te rijden.

Ook de allereerste door Bruce Mclaren gebouwde auto, een M1A Oldsmobile van 1964, was onder de aanwezigen. Bij zijn debuut in het Canadese Mosport brak Bruce het rondenrecord zeven keer. Meer publiciteit had Bruce niet nodig want de bestellingen kwamen vanzelf binnen. Deze M1A werd later zelfs verkocht aan ene Elvis Presley. “The King” ambieerde naast een zang- ook een racecarrière maar bij zijn platenfirma zagen ze dat echt niet zitten. De auto figureerde dan maar in een aantal van zijn films.

Ook Derek Bell werd vereerd met het stuur te nemen van een Canam Mclaren M8B. De ex Bruce Mclaren auto was de dominator in het Canam kampioenschap van 1969. Bell vertelde dat hij ook ooit enkele wedstrijden had gereden met dit type van auto.

Een ander uniek geval was de Formule 1 M7C Cosworth van het zelfde jaar. Een auto uit de korte periode waarin zowel een voor- als een achtervleugel werden toegelaten. Prachtig om te zien voorbij komen.

Na de dood van Bruce Mclaren is er eerst Teddy Mayer en daarna Ron Dennis die verantwoordelijk zullen zijn voor de grote successen van het team. Mayer neemt over van Bruce Mclaren en zorgt voor de eerste wereldtitel in de formule 1 met de Marlboro M23 met aan het stuur Emerson Fittipaldi. Twee jaar later behaalt deze M23, nu met James Hunt, zijn tweede wereldtitel.

In de eerste helft van de jaren 80 begint er een nieuwe succesvolle periode met turbo motoren die van TAG-Porsche komen. Niki Lauda en Alain Prost halen drie wereldkampioenschappen binnen. De MP4/2 Tag werd bestuurd door voormalig Mclaren testrijder Emanuele Pirro. De naam van de motor was dus wel degelijk Tag en niet Porsche. Tag liet de motor bij Porsche ontwikkelen en bouwen en betaalde gewoon de factuur voor de kosten.

Na het TAG tijdperk begint er een nieuwe periode met Honda al motorenleverancier. Nog altijd is Alain Prost bij het team maar die krijgt nu hevige concurrentie van ene Ayrton Senna. In 1988 kan Prost de jonge Senna nog baas maar daarna wint de Braziliaan drie kampioenschappen in een rij. Eén daarvan in de MP4/4. Een ontwerp van de grote Gordon Murray en de combinatie Senna/Honda/Murray zorgde voor het zelfde effect als Red Bull en Verstappen, nog altijd met Honda, in 2023.

Mercedes komt vanaf 1994 zich melden als nieuwe motorenleverancier en na enkele proefjaren kan Mika Hakkinen twee keer het kampioenschap binnen halen in 1998 en 1999. Mika zat zelf ook achter het stuur van zijn West Mclaren Mercedes MP4/14. Negen jaar later kan Lewis Hamilton, met de MP4-23 Mercedes het zelfde doen en pakt zijn eerste wereldtitel.

Maar Mclaren is niet enkel Formule 1. Ze winnen ook drie keer de Indy 500 in 1972/1974 en 1976. Met de M16 Offenhauser van 1976 werd ook hulde gebracht aan deze successen. De M16 werd bestuurd door zijn originele piloot van toen: Johnny Rutherford. We kwamen Johnny al eens tegen op het FOS met zijn Chapparal 2K tijdens de editie van 2018. Hier kan u dit artikel opnieuw lezen.

En Mclaren is de enige constructeur die ook nog de 24 uren van Le Mans op zijn naam heeft staan. In 1995 wonnen ze met hun F1 GTR BMW bij hun debuut de Franse etmaal wedstrijd. Dit verhaal kan u lezen in ons verslag over de Mclaren Expo van Richard Mille tijdens Rétromobile 2018.

Mclaren had de originele Le Mans winnende F1 GTR meegebracht en die stond opgesteld op hun prachtige stand. Twee andere F1 GTR’s reden mee in de heuvelklim. De allereerste “Longtail” ontwikkelingsauto en een Japanse “korte” Lark F1 GTR. Het verhaal over de Longtail versie kan u hier lezen in ons artikel over het seizoen 1997.

Jammer genoeg belandde deze Lark versie op zondag tegen de strobalen in de fameuze Malcomb bocht. Iedereen weet dat hij moeilijk is maar elk jaar laten er toch meerdere piloten er zich aan vangen.

GEEN ZATERDAG

Voor het eerst in de dertigjarige geschiedenis van het FOS moest de organisatie beslissen om een dag te schrappen en dit wegens het hevige stormweer op zaterdag. Na al een heftige vrijdag met bakken regen en wel wat wind was het te gevaarlijk om een dergelijke mensenmassa toe te laten op het domein rond Goodwood House.

Maar ere wie ere toekomt: de organisatie en het verstrekken van informatie verliep perfect. Op vrijdagavond was er al de melding om verdere berichtgeving af te wachten. Enkele uren later kwam dan de mededeling dat de zaterdag wegviel en onmiddellijk werd gemeld dat alle tickets zouden terugbetaald worden.

Nu is een dergelijke storm in die regio zeker geen uitzondering. In juni 1944 moest operatie “D Day” ook twee dagen uitgesteld worden wegens stormweer.

SHOOTOUT

Door het wegvallen van de zaterdag kwam de oorspronkelijke timing wel in de problemen. De oefenruns voor de shoutout waren zo wel behoorlijk ingekort.

Ook voor de zondag moest een totaal andere tijdstabel worden opgemaakt. In elke reeks die plaats vond werden er telkens achteraan een aantal deelnemers van de shootout toegevoegd. Dit is zoals elk jaar een bonte mengeling met auto’s van 1907 tot en met 2023. De Lancia Delta Evo E-RX van Sebastian Loeb was wel niet van de partij. Deze elektrische remake van de Lancia Delta S4 was niet tot in Goodwood geraakt. Misschien nog best want een week later ging gans het team op in de vlammen op het circuit van Lydden Hill tijdens een oplaadbeurt van de accu’s.

De record houdende McMurthy deed mee maar enkel als demo.

Dit zorgde dan weer voor een spannende strijd waarin het gevecht voor de overwinning op het scherpst van de snede was. De nieuwe Mclaren Solar van Martin Kirchhöfer wint het duel met een tijd van 45.34.

Hij is hiermee net één seconde sneller dan de Subaru GL Family Huckster van de ondertussen legendarische stuntrijder Travis Pastrana.

Pastrana had zijn Subaru zelfs voorzien van aerodynamische afremmende hulpstukken. Deze activeerden automatisch van zodra het rempedaal werd gebruikt. Een systeem zoals het ooit in Le Mans werd gebruikt op de 300 SLR. Wel knap uitgevoerd en spectaculair om dit in actie te zien.

Een goeie ouwe Mclaren M26 Formule 1 komt samen met Michael Lyonns het podium vervolledigen.

LAMBORGHINI

Dat Lamborghini volgend jaar mee zal doen in het WEC en de 24 uren van Le Mans kon u al lezen in ons artikel over het WEC. Niet gelezen? Hier kan u alle info vinden.

Het Italiaanse merk uit Sant Agate Bolognese stelde zijn nieuwe Le Mans Hypercar voor op het FOS. CEO Stephan Winkelman trok op donderdag het doek van deze SC 63, de meest geavanceerde Lamborghini tot nu toe. De Lambo heeft ondertussen zijn eerste ronden gereden op een Italiaans circuit en de aftelling voor het WEC 2024 is daarmee begonnen.

Lamborghini had ook zijn net voorgestelde Revuelto bij die de Aventador komt vervangen.

Wie het liever wat meer naast het asfalt rijdt kan dit vanaf nu ook met de Huracan Sterrato. Een verhoogde versie van hun V10 model inclusief dakdragers en extra koplampen. Na Porsche met zijn “Dakar” richt nu ook Lambo zich op deze niche in het sportwagensegement. Maar of dat echt nodig is betwijfelen we.

SUPERCAR RUN

Deze Lambo’s waren uiteraard van de partij op de Supercar Run waar we toch de meest exclusieve en exotische machines zagen voorbij komen. En Supercars creëren vele dromen en op het FOS zie je toch zaken die je bijna nergens ander ziet.

De Murray T50 met zijn atmosferische V12 motor die  12.000 toeren per minuut was zeker de mooist klinkende van allemaal. Deze T50 is een meesterwerk van Gordon Murray. U kan er hier meer info over vinden.

Bugatti had zijn “Bolide” meegebracht. Een soort van circuitauto zonder toelating voor de openbare weg. Ex Le Mans winnaar Andy Wallace zat achter het stuur van  deze 1600 PK sterke auto die een prijskaartje van rond de 4 miljoen euro heeft. 40 stuks zullen geproduceerd worden.

Aston Martin had dan weer zijn bijna complete gamma bij met als hoogtepunt de nieuwe DB12 en de afscheidsversie van de DBS die de naam Ultimate 770 krijgt. En naast de “gewone” Valkyrie was er ook een spider en het ultieme Pro model.

Het numerieke voordeel was voor Ferrari. Ze hadden bijna gans hun huidig gamma meegebracht alsook enkele unieke stukken zoals de Daytona SP3 en de 812 Competizione. Maar ook hun oudere modellen zoals de 599 XX Evo en FXX-K waren er opnieuw bij.

Ook Pagani was er bij met zijn Huayra R en Utopia en concurrent Koenigsegg met hun Gemara, Jesko en Jesko Absolut.

Wat de nieuwe elektrische Rolls Royce Spectre in deze reeks kwam doen is ons nog altijd niet duidelijk. Is niet direct een supercar en beleving voor de toeschouwers was er eigenlijk ook niet echt bij.

911

De Porsche 911 is nu niet direct één van mijn meest favoriete sportauto’s maar ik wil toch een uitzondering maken voor deze twee versies.

SINGER DLS STUDY

Singer kennen we ondertussen van zijn op maat- en hand gebouwde creaties op basis van de Porsche 911. Tot nu toe waren dit verbeterde versie van de gewone straatversies van de 911.

Vandaag gaat Singer nog een stapje verder  met deze DLS Study. Op basis van een 964 reeks maken ze een versie die volledig aansluit bij de 934 en 935 racemodellen uit de jaren 1977/1978. Een verbreed koetswerk, volledig in carbon is een hedendaagse interpretatie van deze iconische racemodellen.

Deze DLS is standaard voorzien de kleine “eendenspoiler” maar kan in optie, en dit voor gebruik op het circuit, ook geleverd worden met de grote Groep 5 vleugel.

De BBS velgen, in het toenmalig design met de aerodynamische wielkappen, maken het plaatje volledig af.

930 TURBO TAG LANZANTE

Paul Lanzante hoeven we u niet meer voor te stellen. Hij won met een in allerijl samengesteld team de 24 uren van Le Mans 1995 met de Mclaren F1 GTR. Deze winnende Mclaren stond op de stand van Mclaren.

Ondertussen is Lanzante een begrip geworden in de autowereld. Hij is de specialist over alles wat en met de F1 en de F1 GTR heeft te maken. Onderhoud, reparaties en zelfs restauraties zijn geen probleem voor zijn team. Na de F1 is er ook de P1 bijgekomen en daar had Paul er ook een aantal van meegebracht.

Op deze echt prachtige stand stond er ook een Porsche 930 turbo,  de allereerste serie 911 met turbo. Maar de standaard 300 PK waren nog niet voldoende want deze is voorzien van een TAG Formule Porsche 1 van half jaren 80. Dit idee komt verder van het oorspronkelijke prototype 930 waarin een F1 motor was gemonteerd en bedoeld was voor de ontwikkeling van de motor.

Lanzante kon via TAG elf van deze motoren op de kop tikken en na een revisie worden ze in een aangepaste 930 gemonteerd. De oorspronkelijke 900 PK’s zijn niet meer aanwezig maar met een turbodruk van 3 bar zijn er toch nog 500 voorradig. En dit zijn er meer dan voldoende want deze 930 weegt ook nog eens 250 kg minder dan zijn seriebroer.

CONSTRUCTEURS

Het verbaasde ons elk jaar weer welke imposante gebouwen de automerken hadden neergepoot voor dit toch maar 4 daags evenement. In het verleden waren alle belangrijke merken aanwezig op het FOS.

Dit jaar moesten we toch vaststellen dat er toch een aantal ontbraken. Zo vonden de voorheen altijd toch vrij grote stand van Mercedes niet meer terug. Ook Audi, Toyota, Nissan, Volkswagen en Skoda bleken er niet te zijn. BMW was er nog wel met zijn M Town en ook Renault was present maar met een véél kleinere stand.

Deze lege plaatsen werden dan weer gevuld door een aantal nieuwe merken die vooral in de categorie elektrisch en Chinees zitten. Maar ook Hyundai was dit jaar opmerkelijk aanwezig en dit zowel met hun nieuwe modellen op de baan als hun stand. Ook de landgenoten van Genesis waren op zoek naar marktaandeel.

FORREST RALLYSTAGE

Helemaal boven op de Goodwood heuvel vinden we de door Hannu Mikkola ontworpen rallystage. Een soort van klassementsproef uit een rally die doet denken aan de ritten door de bossen van de vroegere RAC rally in Groot Brittannië.

Elk jaar zien we er de mooiste rallyauto’s deelnemen en dit gaat van een simpele Mini Cooper tot de legendarische groep B modellen en zelfs enkele actuele WRC auto’s.

De piloten kunnen vier dagen ( of drie dit jaar ) aanschuiven en proberen van een snelle tijd neer te zetten. Véél spektakel en héél véél stof waren het resultaat.

OFF ROAD ARENA

Iets lager op de heuvel ligt dan weer het off road circuit waar er naar hartenlust wordt rondgesprongen met een soort van eigenbouw terreinwagens, de meeste op basis van een Land Rover.

DRIFTKHANA

Véél minder deelnemers in de Driftkhana reeks maar  zeven stuks is blijkbaar wel genoeg om voor véél spektakel te zorgen.

De driftmannen, die met hun fel geëvolueerde auto’s met monstervermogens het publiek echt bijna gek maken, zijn ondertussen een vaste waarde geworden op het FOS.

“Mad Mike” had met zijn Mazda RX 7 voor de eerste keer na de pandemie opnieuw over oversteek van Australië naar het UK gemaakt en het geluid van zijn wankelmotor was tot ver in de streek te horen.

En ze ziet er de gekste creaties tussen. Een BMW M2, voorzien van een carbon koetswerk, uitgerust met een Toyota motor met 1000 PK.

Of een 1000 PK sterke Corvette, voorzien van een dubbele wankelmotor gekoppeld aan een sequentiële versnellingsbak.

Deze heren draaien er tot 40 banden per weekend door.

CONCLUSIE

Het Festival of Speed 2023 was er eentje dat kon aanknopen aan de edities van voor de pandemie. Net zoals vele andere evenementen heeft ook het FOS zijn weg terug naar de  top moeten terugzoeken. En daar zijn ze zeker in geslaagd en dit zelfs zonder de topdag van zaterdag.

En we vallen in herhaling: als je er eentje doet per jaar: niet twijfelen, het is in Goodwood en op het Festival of Speed dat je moet zijn.

De vele files die je moet trotseren vergeet je direct eens je het terrein betreed en dan is het 100% pure beleving. En we waren niet alleen met die mening want het evenement was op voorhand volledig uitverkocht.

Het wegvallen van de zaterdag was uiteraard een domper maar zelfs met 75% speed blijft het Festival of Speed uniek en een topevenement. En je hebt uiteraard nog kleppers als Pebble Beach of de Villa d’ Este maar het Festival of Speed zit daar nog boven. Dit is gewoon het beste auto en autosportevenement ter wereld.