Vandaag de dag komen Formule 1 auto’s uit gigantische fabrieken waarin honderden mensen werken aan het concept en de bouw van de racewagens.

Vroeger was dit allemaal véél kleinschaliger en eentje kwam er zelfs van uit de paardenstallen van het Engelse landgoed Easton Neston, de thuisbasis van Baron Hesketh. Over de periode van dit Hesketh F1 team is nu een nieuw boek uitgebracht door Porter Press met de titel: Superbears. De titel verwijst naar het logo van het team met een beertje dat een helm draagt en met de Britse vlag zwaait.

Porter Press hoeven we u niet meer voor te stellen. Ze hebben ons al dikwijls blij gemaakt met historische klassiekers over onder andere de Mclaren F1, de Ferrari 250 GTO en de Porsche 956 en 962 die allen een plaats opeisen in de categorie “meesterwerken”. Ze brengen enkel hoogwaardige auto en autosport gerelateerde boeken op de markt en vandaag is daar weer ééntje bijgekomen: Superbears over de geschiedenis van het Engelse Hesketh Formule 1 team.

Het verhaal begint met een nog jonge Lord Alexander Hesketh ( 22 jaar bijnaam Le Patron want iedereen in het team had een bijnaam en werd meestal ook zo aangesproken )  die in 1972, samen met een jeugdvriend Anthony Horsley ( Bubbles ) , een Formule 3 team opricht. Hesketh zorgt voor de financiën en Horsley is de piloot/manager. Enkele maanden later wordt ook James Hunt ( Superstar ) aangetrokken en is het zelfs een team dat twee auto’s laat rijden. Maar Horsley is een betere manager dan piloot en beslist om het rijden over te laten aan Hunt die zeker goeie resultaten behaalt met een March 721M. Hierdoor wordt er beslist om over te stappen naar Formule 2 met een aankoop van een Surtees TS15, voorzien van een Ford motor, voor het seizoen 1973. De Surtees kan echter geen vuist maken tegenover het nieuwe March BMW team met de Fransman Jean Pierre Jarier. En wat doe je dan? Ook een March BMW kopen? Fout antwoord. Hesketh koopt direct een March Formule 1 type 731 en maakt zijn debuut in de GP van Monaco in 1973. Dit is vandaag de dag ondenkbaar maar vroeger kon je een F1 wagen kopen en meerijden in de wedstrijden die je zelf uitkoos.

En de start gebeurt in stijl: Hesketh inviteert een pak genodigden op een groot jacht in de haven van Monaco. De gasten worden per Rolls Royce of helicopter vervoerd van de luchthaven van Nice naar Monaco. Iedereen weet vanaf nu waarvoor Hesketh staat. Het klein team onder leiding van de jonge ontwerper Harvey Postelwaite doet meteen mee met de grote jongens. Postelwaite ( bijnaam Doc ) past de March aan en ze doen het zelfs beter dan de fabrieksauto’s. In de tweede wedstrijd op Paul Ricard behaalt Hunt een eerste WK punt en in Silverstone zijn het er zelfs drie en de snelste wedstrijdronde. Maar het kan nog beter. In de laatste wedstrijd in Watkings Glen moet Hunt enkel de Lotus van Ronnie Peterson voorlaten en het seizoen wordt afgesloten met een tweede plaats.

Volop euforie en wat doe je dan? Een nieuwe auto kopen voor het volgende seizoen? Fout: je bouwt er gewoon zelf één!  Doc Posterwaite begint met het ontwerp van de eerste Hesketh Formule 1 in de paardenstallen van het Hesketh domein. Maar er is toch een verschil tussen er eentje bouwen of eentje kopen en de ontwikkeling duurt toch langer dan verwacht. De eerste wedstrijden van 1974 worden nog met de March 731 betwist en de Hesketh 308 maakt zijn GP debuut in de GP van Zuid Afrika in Kyalami met een opgave. De volgende wedstrijd is de Daily Express International Trophy op Silverstone. Dit is een wedstrijd buiten het F1 kampioenschap en het is prijs: Hunt en Hesketh winnen hun eerste wedstrijd maar de rest van het seizoen verloopt moeizaam en er zijn veel opgaves. Toch zijn er enkele goede resultaten met derde plaatsen in Zweden en Oostenrijk. In Canada wordt Hunt vierde en het seizoen wordt opnieuw afgesloten in Watkins Glen. Dat circuit lijkt de Hesketh wel te liggen want na een tweede plaats vorig jaar worden ze nu derde.

In 1975 ziet het team het nog iets groter: er worden twee extra auto’s gebouwd ( nu 308 B ) die dan verhuurd worden aan mogelijke klanten. Zo zien we toekomstig wereldkampioen Alan Jones zijn debuut maken op een Hesketh. Het seizoen start prima in Argentinië met P2 maar daarna volgen er toch een pak opgaves door ongevallen of technische problemen. Het gloriemoment komt er op 22 juni in het Nederlandse Zandvoort. Hunt rijdt daar misschien wel de wedstrijd van zijn leven tegen de Ferrari van Niki Lauda. Gestart in de regen en op een opdrogende baan ziet hij continu een rode Ferrari in zijn achteruitkijkspiegels maar James houdt en vol en wint de GP van Nederland. Een historisch moment voor Hesketh, Hunt en Groot Brittannië. En de trein lijkt vertrokken met een tweede plaats in de Franse GP en een vierde voor het thuispubliek in Silverstone. In Oostenrijk is er opnieuw een tweede plaats. Maar F1 rijden kost geld, véél geld. Gans het team blijven financieren is voor de Lord geen optie meer en er wordt uitgekeken naar een sponsor. Ondertussen maakt de nieuwe 308 C zijn debuut in de GP van Zwitserland met een achtste plaats. In het Italiaanse Monza is er plaats vijf en in Watkings Glen worden ze vierde.

De mogelijke sponsor wordt niet gevonden. Er blijft voor Lord Hesketh niks anders over om eind 1975 zijn team te ontbinden. James Hunt gaat naar Mclaren en behaalt in 1976 de wereldtitel in het legendarische duel met Niki Lauda.  Doc Postlewaite gaat naar Wolf en mekaniekers Frank Dernie en Nigel Stroud werden met open armen ontvangen bij Williams en Lotus. Er is in 1976 nog een doorstart met de oude 308B’s maar dit is niet echt een succes. Deze periode wordt in een apart hoofdstuk besproken. Dit is ook het geval voor de Hesketh motorfiets waarvan er een honderdtal werden geproduceerd begin jaren 80.

Auteur James Page heeft met alle leden van het Hesketh team gesproken over hun persoonlijke beleving. Ook “Le Patron” heeft hem zo goed mogelijk bijgestaan met info en onuitgegeven fotomateriaal. Het boek is van de gekende Porter kwaliteit en bevat 264 pagina’s met meer dan 280 foto’s. Het is een verhaal dat zeker verteld moest worden en werkelijk alles komt aan bod. Het is fantastisch hoe een klein vriendenteam zo enkele jaren kon meespelen op het hoogste niveau van de autosport. Dit boek over het “Grootste kleinste racing team ter wereld” verdient zeker een plaats in de bibliotheek van elke autosportliefhebber of Formule 1 fan. De combinatie van de vriendschap in het kleine team, de prestaties en de jetset toestanden werden door niemand meer herhaald. Hesketh zal altijd herinnerd worden als het meest charmante team ooit. En de witte auto zonder ook maar één sponsor, die enkel voorzien was van startnummer 24, de naam “James”,  rood/blauwe strepen en twee Hesketh logo’s is uniek.

U kan dit prachtig boek bestellen bij Porter Press via: www.porterpress.co.uk , of de boekhandel met het ISBN nummer: 978-1-913089-33-7