Histori Patek Philippe Calatrava

Laat me even vertellen over die keer ik voor het eerst op reis ging naar het Zuiden van Frankrijk. Samen met de familie in de auto genieten van de rit richting vakantie zon en zee.

Vakantiegevoel

Eens aangekomen volgt het uitladen. Al snel voelen we de zon op onze huid en willen we zo snel mogelijk die prachtige zee in, whoew.

Na de verfrissing snel wat melon et jambon binnenspelen. In de namiddag uitrusten op het strand, het zand tussen de tenen en het gevoel van een licht verbrande huid.

Dat unieke gevoel van puurheid komt telkens terug als ik naar dit stuk kijk, een Patek Philippe Calatrava. Een horloge dat tot de verbeelding spreekt, een stuk dat niet kan ontbreken in een collectie.

Een horloge dat herkend wordt door iedere horlogekenner. Want zeg nu zelf wie wil er een blok staal met een binnenwerk in dat ergens tussen de drukke wijzerplaat nog even de tijd probeert weer te geven?

Niemand, want tenslotte eenvoud siert en neem het van me aan normaal doen is al gek genoeg.

In de vroege jaren dertig was een polshorloge een relatief nieuw fenomeen. Maar wel een fenomeen dat snel aan populariteit had gewonnen met het gebruik ervan in de eerste Wereldoorlog. Na korte tijd werd het polshorloge gebruikt als een betrouwbaar meetinstrument. Een handig hulpmiddel, zelfs voor degenen die ver van het slagveld verwijderd waren.

Precisie

Voor het polshorloge populair werd, maakte men gebruik van een zakhorloge. Dit was in de tijd toen het meetinstrument geassocieerd werd met precisie. Dit dankzij het belangrijkste deel van het openbaar vervoer de trein.

Door de technologische evolutie in de auto- en luchtvaartsector kwam het zakhorloge stilaan op het achterplan. Hierop speelde Patek Philippe al snel in. Precisie & betrouwbaarheid, dat waren de nieuwe kernwoorden van het moment.

Patek Philippe lanceerde in 1932 de Calatrava, een horloge dat precisie en prestige naadloos combineert tot op de dag van vandaag. 

De Calatrava ontleent zijn naam aan het sierlijke Calatrava-kruis, het kruisvormige symbool dat voor het eerst werd gebruikt op de marsvaandels van de Calatrava-ridders die in 1158 het fort Calatrava verdedigden tegen de Moren. Ditzelfde symbool werd op 27 april 1887 als handelsmerk geregistreerd, naast Patek Philippe & Cie.

Techniek

PATEK PHILIPPE CALATRAVA REF. 5196

Het model dat wij in onze atelier op bezoek hadden was de Patek Philippe REF.5196, let goed op het feit dat er ‘96’ wordt gebruikt, dit is een dikke knipoog naar de eerste referentie die er gemaakt is van de Calatrava.

De iets grotere kastvorm van 37mm, is nog steeds een streling voor het oog en blijft daarbij nog altijd het perfecte voorbeeld van elegantie.

De afwerking met vlakke bezel waarvan de randen je laten denken aan een gouden munt. De wijzerplaat die afgewerkt is met rosé gouden index’en. Rosé gouden wijzers en een wijzerplaat die zo simpel lijkt maar o zo moeilijk is om te begrijpen en te evenaren. Bij dit uurwerk is naar de tijd kijken een streling voor het oog.

215 PS

Neen hier spreken wij niet over PferdeStarke, maar over het binnenwerk van de 5196 Patek Philippe.

Alhoewel de PS in dit geval staat voor ‘Petite Seconde’ heeft het binnenwerk heel wat in zijn mars om met huidige omstandigheden van magnetisme en onbezonnen bewegingen van de eindgebruiker een stevig stootje aan te kunnen.

Met z’n diameter van 21,9 mm en een dikte van 2,55 mm is dit een mooie combinatie van techniek en verfijning. Laat ons zeggen dat technologie hier een groot onderdeel van uitmaakt. Zo is de balans gemaakt uit een getrademarkt product genaamd Gyromax en de balansspiraal uit Spiromax.   

Deze technologieën zorgen ervoor dat het horloge ongeacht de omstandigheden waarin het zich in bevindt de tijd juist kan weergeven.

Houden we niet allemaal van een vakantie, die we dag in en dag uit, generaties lang kunnen delen in goede en slechte tijden? Ik denk het wel, en een vakantie naar het verre Oosten is zeker fijn. Maar niets zo mooi als gezond zijn en te kunnen delen met al je geliefden, en dit dag in en dag uit. 

Artikel & Foto’s: Michiel Imschoot