Festival of Speed 2021: het weekend van de maestro’s: 10 en 11 juli

Met de Maestro’s zijn we aanbeland bij het hoofdthema van het FOS 2021. Vorig jaar waren Mario Andretti en Jacky Ickx voorzien als eregasten en door het uitstel van een jaar was ook Roger Penske aan dit duo toegevoegd.

Om als een Maestro of Meester beschouwd te worden in de autosport moet je als autopiloot over een groot palmares beschikken, verdeeld over meerdere reeksen en als een “alleskunner” erkend zijn. Met Andretti, Ickx en Penske hebben we zo drie mooie voorbeelden. De eerste twee als piloot en de laatste meer als teambaas van zijn eigen motorsportteam. We overlopen ze alle drie en de belangrijkste feiten en gebeurtenissen van het voorbije weekend.

MARIO ANDRETTI

De ondertussen 81 jaar oude Mario Andretti is ongetwijfeld de meeste succesvolle en meest diverse Amerikaanse autopiloot. Andretti was succesvol in verschillende raceklassen. Zijn grootste triomfen waren ongetwijfeld het wereldkampioenschap Formule 1 in 1978 en zijn overwinning in de Indy 500 in 1969. De “Tripple Crown” ( F1 – Indy 500 – Le Mans ) is, ondanks vele pogingen, niet gelukt. In 1995 was een tweede plaats, na de Mclaren F1 GTR, zijn beste resultaat in de 24 uren van Le Mans. Mario reed ook succesvol mee in volgende klassen: Nascar ( overwinning in de Daytona 500 ), Champcar ( 4 titels ), Stock Car, Usac, Midget, Formule 5000, Proto’s en zelfs de BMW M1 Procar serie. Hij won drie keer de 12 uren van Sebring en kon in 1972 ook de 24 uren van Daytona op zijn palmares bijzetten. In het totaal behaalde Andretti 109 overwinningen. Hierbij waren 12 Formule 1 Grand Prix’s.

Zijn herdenkingsreeks omvatte 10 wagens waar Mario ooit plaats in had genomen. De belangrijkste auto is ongetwijfeld zijn wereldkampioenen Lotus 79 van 1978. Mario reed twee keer de heuvel op in deze 79. Hij nam ook plaats in enkele andere oude bekenden zoals de Lotus 49B waarmee hij zijn debuut maakte tijdens de Grote Prijs van Amerika 1968 op het circuit van Watkins Glen. Daarna was de prachtige Kremer Kenwood Porsche 956, waarmee hij in 1983 op de derde plaats eindigde in de 24 uren van Le Mans, aan de beurt. Afsluiten deed hij in de sublieme Ferrari 512S van 1970. Het voelde, volgens Mario, telkens als een weerzien met een “oude vriendin” en hij genoot duidelijk van elk moment. Verder waren er nog volgende auto’s: een Lola T 332 F5000, een JPS Lotus 77, een Lola T70 Canam Spyder en een Kremer Porsche 962. Jammer genoeg geen rijdende Indycar. Het meeste genot had Mario misschien nog wel aan het stuur van een Grand Prix Ferrrari 500A. Deze was ooit de werkplaats van zijn jeugdidool Alberto Ascari. Mario ging samen met zijn tweelingbroer Aldo al op zéér jonge leeftijd naar de wedstrijden kijken op het circuit van Monza. Daar zag hij toen Ascari rijden met deze Ferrari, nu zat Mario zelf aan het stuur van de wagen van zijn idool.

Op zondagnamiddag werd Mario Andretti, samen met zijn Lotus 79, ontvangen op het balkon van Goodwood House. Daar werd, tijdens een interview, zijn loopbaan overlopen. Op de vraag of hij ook een de nieuwe elektrische auto’s kon smaken antwoordde Mario dat hij het wel zal houden bij de exemplaren die voldoende lawaai maken. Mario Andretti, een man naar ons hart!!!

 JACKY ICKX

Met Jacky Ickx zijn we bij zo’n tweede “alleskunner” aanbeland. Ickx reed Formule 1, Formule 2, proto’s ( inclusief groep C ), toerenwagenwedstrijden, klimkoersen, Groep 5 en 6, rally en rally-raid zoals Parijs Dakar. Hij werd vice-wereldkampioen Formule 1 in 1970, won 8 Grote Prijzen, zegevierde in Parijs-Dakar en was de eerste “Monsieur Le Mans” met zeven zeges in de 24 uren. Hij won ook de 12 uren van Sebring, de 24 uren van Daytona en vijf keer de 1000 km van Francorchamps. Ickx won ook bij zijn eerste en enige deelname, met een voor hem toen onbekende Australische Ford Falcon en een voor hem onbekend circuit, de 1000 km van Bathurst.

Met vier deelnemende auto’s was de Ickx reeks toch wel een beetje aan de povere kant. Als eerste zagen we een Ford Cortina Lotus die gevolgd werd door een BMW 30 CSL. Dat waren héél zeker mooie auto’s en zeker de pré Batmobile 30 CSL maar het waren toch niet de belangrijkste wagens uit de loopbaan van Ickx. Met een Ford GT40 was het al iets beter maar dit had dan toch er eentje in de fameuze Gulf uitvoering moeten zijn waar hij twee jaar na mekaar de 24 uren van Le Mans mee kon winnen. Waar je via deze link meer over kan terugvinden. De Porsche 911 SC Rally Rothmans was ook een prachtig ding, alleen heeft Ickx nooit met deze rally versie gereden. De geshowde wagen was een Prodrive Groep B versie van 1984 en moest eigenlijk de link leggen met de Parijs-Dakars Porsches waarmee Jacky deelnam in de woestijnrally. Plaatje klopte toch niet echt. We misten een Rothmans Porsche 956, een Ferrari 312B4 Formule 1, een Ferrari 512S, Porsche 935 en 936 Martini of andere F1 wagens waar Ickx ooit mee had gereden. Nu Porsche was wel bepekt aanwezig met enkele statische wagens op het FOS maar deed geen rijdende demo’s. Jacky was trouwens zelf ook niet aanwezig en heeft toch niet echt veel gemist. Wel jammer voor onze Belgische kampioen want hij had toch wel iets meer verdiend. We hopen dat zijn expo tijdens Interclassics Brussel in November beter zal zijn.

ROGER PENSKE

Met Roger Penske komen we bij de derde Maestro. In dit geval is het gedeelte piloot wel duidelijk kleiner dan Andretti en Ickx. Penske is wel als piloot begonnen maar door zijn beroepsactiviteiten in de autowereld mocht hij, vooral onder druk van de banken en verzekeringsmaatschappijen, niet meer deelnemen aan autowedstrijden. Hij schoolde zich dan maar om naar teambaas. Team Penske Racing behaalde tot op vandaag 592 overwinningen. Belangrijkste zijn ongetwijfeld de 18 overwinningen in de prestigieuze Indy 500 en de 14 kampioenschap overwinningen in Cart en Indycar. Daarnaast won Penske ook twee maal de Daytona 500 in Nascar en de 12 uren van Sebring. Recent was er nog een deelname aan het Australische Supercars kampioenschap met de Ford Mustang. Penske werd partner van het Dick Johnson team en de resultaten schoten de hoogte in met drie titels op een rij. Ook is Penske het enige Amerikaanse team dat een Formule 1 Grand Prix won. Dit gebeurde in 1976 op de Österreichring met John Watson aan het stuur van een Penske PC4. En de 84 jarige Roger is nog niet aan pensionering toe want hij heeft nog net een overeenkomst afgesloten met Porsche om vanaf 2023 hun LMDh programma mee te runnen en na meer dan 50 jaar terug te keren naar de 24 uren van Le Mans.

Penske had ook gezorgd voor de meeste auto’s van zijn herdenking. Hij had er 11 laten overbrengen van uit zijn thuisbasis in North Carolina. Jammer genoeg was er maar één rijdend exemplaar. Een Porsche Spyder LMP2 waarmee zijn team de 12 uren van Sebring won in 2008. Roger zat ook zelf zes keer aan het stuur van deze Porsche voor de heuvelklim en genoot duidelijk van elke rit. Het was van 1963 geleden dat hij voor zijn laatste wedstrijd op het Motor Circuit van Goodwood was geweest. Op zondag kreeg Roger een herdenkingsmoment samen met al zijn auto’s die in de paddock aanwezig waren.  

BROKKEN

Elk jaar belanden er op het FOS wagens in de strobalen. En deze laatste zijn echt geen plezier om tegen te komen. Op vrijdag was er al een Alpina BMW B8 die in de fameuze bocht van Malcomb rechtdoor gegaan. Deze linker bocht volgt na een vrij rechte lijn en, niettegenstaande dat iedereen het weet, is het elk jaar één van de spektakelplaatsen voor het publiek. De Alpina kon meteen als totaalverlies afgeschreven worden. Op zaterdag knalde een Formule 1 Arrows Megatron na de Flint Wall ook in de strobalen met véél schade en een afgerukte ophanging als gevolg. Zondagmorgen eindige Justin Law, toch een Shoot-out specialist, met zijn TWR Jaguar XJR 12D in volle vaart ook in het zelfde stro. Jaguar totaal kapot en weekend over voor Justin. Het was niet het dagje van TWR Jaguar’s. Later op de dag crashte  nog een TWR Jaguar XJR 15 in volle vaart voor het Goodwood House. Maar voor de grootste crash van het weekend zorgde Jack Tetley. Hij slipte tijdens zijn deelname aan de Shoot-out en ging met zijn Camaro van rechts naar links om daarna dwars over de baan te belanden. Jack was bijna aan de top van de heuvel. Zijn Camaro was rijp voor de sloop, gelukkig bleef de piloot ongedeerd.

TOM CRUISE

Zondagmiddag zagen we een opmerkelijke gast in de paddock. Bekend Hollywood filmacteur Tom Cruise maakte er, vergezeld van zijn stuntman Wade Westwood zijn opwachting. Deze laatste nam eenmalig deel aan heuvelklim met een Williams FW08 B.

GORDON MURRAY

Ook Gordon Murray was de organisatie bijgesprongen door twee auto’s uit zijn verzameling over te brengen naar Goodwood. Hij had zijn allereerste, door hem ontworpen en zelf gemaakte, auto bij: de Murray IGM T4. Deze auto stamt nog uit zijn Zuid-Afrikaanse periode. Murray wilde toen racepiloot worden maar zoals bij zovelen ontbraken de financiële middelen om dit te bereiken. Hij maakte dan maar zelf zijn auto. Het project was nog niet volledig klaar toen hij begin jaren 70 de overtocht maakte naar Engeland en bij Brabham terecht kwam. De auto bleef bij één van zijn medewerkers en was daarna een tijdje spoorloos. Zes jaar geleden kreeg Gordon een  tip dat zijn auto ergens in Engeland in een schuur stond en de tip bleek correct te zijn. De auto werd teruggekocht en gerestaureerd. In volle analogie met het fameuze Murray systeem weegt de IGM T4 slechts 280 kg. Opmerkelijk is dat het “push rod” ophangingsysteem dat later op de Brabham BT44 zal toegepast worden ook op al op de IGM T4 aanwezig was.

En via deze ophanging komen we vlekkeloos bij deze Brabham BT 44. Murray had zijn exemplaar in Martini uitvoering ook meegebracht naar het FOS. De BT44 was zijn eerste Formule 1 auto en zegevierde in de Grote Prijs van Zuid Afrika in 1974 met de Argentijn Carlos Reutemann aan het stuur. De Brabham was nog maar net toegekomen op het FOS of het bericht sijpelde binnen dat Carlos Reutemann, na een ziekte,  op 79 jarige leeftijd overleden was. Goodwood zou Goodwood niet zijn om vliegensvlug een herdenking aan Carlos te organiseren. Dit gebeurde door 1 minuut motorenlawaai in de paddock, uitgevoerd door Formule 1 wagens. In het midden “zijn” Brabham BT 44.

RED ARROWS

Geen FOS zonder de Red Arrows. Het elite demonstratieteam van de Britse Royal Air Force. Ze kwamen zowel op vrij- als op zondag het publiek verwennen met hun spectaculaire kunsten.

SHOOT-OUT

2021 Goodwood Festival of Speed Goodwood, England 8th – 11th July 2021 Photo: Drew Gibson

De zondagse Shoot-out is traditioneel één van de hoogtepunten van het FOS. Voor de prijs hoeven de deelnemers het niet echt te doen: een fles champagne van Veuve Clicquot weegt niet op tegen de genomen risico’s maar de eer om te winnen ligt blijkbaar toch wel hoog. En je ziet elk jaar een divers startveld met vooroorlogse auto’s, proto’s, Formule 1, toerenwagens, Nascar, rally en GT wagens. De strijd voor de overwinning lag deze keer wel terug open na het verdwijnen van de Volkswagen ID R.

Er ontstond al vrij snel een trio dat duidelijk boven de rest uitstak met de Jaguar XJR 12 D van Justin Law, de Mclaren 720S GT3 van Rob Bellm en de Subare WRX Impreza van de Amerikaanse stuntpiloot Travis Pastrana. Zoals al eerder vermeld viel de Jaguar van Law weg door een ongeval. De Shoot-out werd ook in wisselende weersomstandigheden afgewerkt, af en toe zorgde een lichte regen toch wel voor wat ongemak. De strijd was super spannend en het was Rob Bellm die het met zijn Mclaren haalde. Hij was 1,20 sec sneller dan de Subaru van Pastrana. Opmerkelijkste deelnemer was misschien wel de Ferrari 250 GT “Breadvan” die net een revisie van zijn 12 cilinder had gekregen. Emanuele Pirro hield duidelijk geen rekening met de waarde van deze 250 toen hij er de heuvel mee opstormde.

DRIFTKHANA

De drifters hebben zich de voorbije jaren duidelijk gemanifesteerd op het Festival of Speed. In 2014 was er ene Mad Mike die alleen het publiek vermaakte en ondertussen is het al een eigen reeks geworden en die ook dan nog een eigen arena kregen waar ze hun kunsten kunnen vertonen.

Waar in het verleden enkel het showelement een rol speelde tijdens hun heuvelklim was er vanaf deze editie een heuse competitie voor de beste drifter. De piloten kregen punten voor stijl, snelheid en accuratie door zo dicht mogelijk, op het circuit, aangebrachte sensoren te benaderen. Dit systeem werd ook al toegepast op de vorig jaar gehouden Speedweek. De auto’s van de drifters worden elk jaar spectaculairder. Vermogens tussen de 600 en 1000 PK zijn geen uitzondering meer. Opmerkelijkste deelnemer was een Dodge Charger LS met zo’n gigantische “Nascar” vleugel op zijn kofferdeksel. Deze bracht hem echter geen geluk. De Charger belandde tijdens het uit accelereren van de start fors in de strobalen met een beschadigd koetswerk en een afgebroken ophanging als gevolg. Tijdens de zaterdagrun was het hevig aan het regenen en zaten ze meer naast dan op de baan maar ze gaven wel spektakel van de bovenste plank. Zondag was het droog en hing er zoveel rook boven de baan dat de toeschouwers moeite hadden om ze te zien voorbij komen. James Deane kon, net zoals op de Speedweek, met zijn BMW M3 de winnaarstrofee mee naar huis nemen. Hij klopte hiermee de rest van het deelnemersveld dat voor de rest volledig uit Japanners bestond zoals de Nissan GT-R, Toyota GT86, Nissan Silvia en 200 SX.

BEKENDE KOPPEN

Elk editie van het FOS ontvangt grote piloten of mensen die belangrijk zijn of waren in de autosportwereld. Naast de vaste waarden zoals Pirro, Mass en Kristensen ( die er altijd zijn ) kwamen F1 sterren Lando Norris en Daniel Ricciardo hun opwachting maken voor het Mclaren F1 team. Met hun huidige racewagen konden ze niet rijden want die stond op de Mclaren stand maar het team had een Marlboro Mclaren Honda MP4/5 B meegebracht. Zaterdag was het de beurt aan Ricciardo en op zondag zat Norris aan het stuur.

Ex wereldkampioen Ari Vatanen kwam zijn Prodrive Rothmans Ford Escort nog een loslaten en dubbel kampioen en collega Miki Biasion zat aan het stuur van zijn Lancia Delta S4 uit de Macaluso collectie.

Ook ex Formule 1 wereldkampioenen Jenson Button en Damon Hill waren aanwezig en namen deel aan de heuvelklim. Button in een Williams FW 08B en Hill in een Lotus 49.

Dubbel wereldkampioen Formule 1, Emerson Fittipaldi, zat aan het stuur van zijn net gerestaureerde John Player Special Lotus 72 met chassisnummer 5. Emerson crashte dit chassis in de Grote Prijs van Nederland in 1973. 72/5 werd toen opzij gezet wegens te veel schade maar werd de voorbije jaren terug hersteld en gerestaureerd. Het is met deze wagen dat Emerson zijn meeste Lotus overwinningen behaalde en het was ook het langst gebruikte 72 chassis. Fittipaldi reed enkele keren met zijn ouwe 72 de heuvel op en was duidelijk geëmotioneerd. Hij kreeg op zaterdag ook een balkonmoment op Goodwood House nadat hij zijn 72/5 voor de deur parkeerde. Emerson had het ook moeilijk toen hij van Mclaren mocht plaats nemen in een MP4/6 van Ayrton Senna.

Sir Jackie Stewart reed zijn Tyrrell 002 samen met de 001 en 005 naar de top van de heuvel. Het was 50 jaar geleden dat Tyrrell zijn eerste wereldtitel behaalde en dit moest uiteraard herdacht worden.

Voormalig Indy 500 winnaar en Indycarkampioen, Kenny Brack, zat aan het stuur van een Mclaren Elva en nam deel aan de Michelin Super Car run. Kenny moet gedacht hebben dat hij meedeed bij de drifters reeks want de Elva ging telkens meer dwars dan recht de heuvel op.

Ook Red Bull F1 designer Adrian Newey nam plaats in zijn wereldkampioen RB7 Renault van 2011 en negenvoudig rally wereldkampioen Sébastian Loeb zagen we dan weer aan het stuur van een Citroën C4 en de Prodive BRX Hunter rallyraid.

MURRAY WALKER

Op zaterdag werd er een herdenkingsmoment gehouden voor TV commentator Murray Walker die in maart van dit jaar op 97 jarige leeftijd is overleden. Walker was vooral bekend van zijn commentaar van Formule 1 en BTCC wedstrijden, eerst op de BBC en later ook op de commerciële zender ITV. Hij vormde lange tijd een duo met James Hunt in zijn BBC periode en deze heren zorgden voor legendarische TV verslaggeving. Murray had een speciale en enthousiaste manier van commentaar geven. Zijn kennis was legendarisch en hij had ook héél goeie kontakten met veel Formule 1 piloten.

Damon Hill sprak een herdenkingsboodschap uit en deze werd gevolgd door een montage van al zijn “beste” momenten. Deze selectie zal niet eenvoudig geweest zijn want het archief is heel groot.

CARTIER CONCOURS D’ ELEGANCE

Traditioneel is er elk jaar, tijdens het Fos, een concour d’élégance in de tuinen van Goodwood House.  We zijn er in het verleden al juweeltjes tegenkomen zoals een bv Ferrari 250 GTO, Mclaren F1, of een Bugatti Royale en dit zijn toch echt zeldzame auto’s. Cartier is al jaren de vaste partner en ook dit jaar waren er weer verschillende klassen waarin mooie en unieke auto’s meedongen voor de prijs van “best of show”. Er is altijd een goeie mix  zodat er steeds voor iedereen wel een match is met één of meerdere collectiestukken. De “oudjes” werden deze keer vertegenwoordigd door een reeks met Amilcar’s en Hispano-Suiza’s. Iets recenter waren de “Detroit Dreams” met grote Amerikaanse sleeën uit de jaren 50. De Jaguar E Type, die dit jaar 60 kaarsjes uitblaast, werd niet vergeten en 4 unieke exemplaren stonden te blinken op het grasveld. Verder was er nog een reeks met auto’s voorzien van “vleugeldeuren” ( bv Mercedes 300 SL of Delorean DMC 12 ) en Italiaanse sportwagens uit de jaren 70 met een hoekig design ( bv Ferrari 365 Boxer of Lamborghini Countach ). Afgesloten werd er met kleine, groot volume wagentjes zoals bv de VW Kever of de Fiat 500. Een jury moest op zondag zijn verdikt vellen en het was misschien een beetje een verrassende winnaar met de Lancia Stratos ( straatversie ) van Marc Newson.

CONCLUSIE

Het was dit jaar toch wel een “iets anders” FOS dan normaal. De Covid problemen en reisbeperkingen maakten het toch niet eenvoudig voor de organisatie. Die hebben dit toch mooi opgelost door zoveel mogelijk te gaan “vissen” in hun lokale Engelse vijver. Engeland is toch het land van de klassieke automobiel en vele bedrijven die aan historische wedstrijden deelnemen of wagens klaarmaken. Het aanbod was zeker van een hoog niveau en het aantal was niet minder dan de vorige editie van twee jaar geleden. Proficiat aan de organisatie om dit toch in moeilijke omstandigheden en op een kort tijdstip voor mekaar te krijgen.

En hadden we erbij willen zijn? Zeker en vast want op het FOS zie je auto’s die je nergens anders tegenkomt. En dat was misschien dit jaar iets minder maar daar hebben we alle begrip voor. We hebben ook deze keer echte pareltjes de heuvel zien beklimmen en hiermee komen we op onze traditionele vraag die we elk jaar stellen tijdens onze thuisrit: Wat was de mooiste auto? Altijd een moeilijke vraag en met meestal een nog véél moeilijker antwoord. De keuze is zo groot en het aanbod is héél divers maar we hebben er toch ene uitgekozen en we gaan voor de Formule 1 Lotus 72 John Player Special ( Chassis 5 ) die vier jaar door Team Lotus werd ingezet. Hij maakte zijn debuut in 1970 in een rode Gold Leaf decoratie. De 72 zal vanaf 1972 van kleur veranderen: rood wordt zwart en John Player Special is de nieuwe sponsor. De gouden letters blinken op het zwarte koetswerk en de JPS Lotus wordt de mooiste Formule 1 wagen die ooit werd gebouwd. Hij zal Emerson Fittipaldi ook zijn eerste wereldkampioenentitel bezorgen in 1972 en door enkel door het ongeval op Zandvoort in 1973 dat er geen tweede volgde. Emerson had kwetsuren aan beide voeten overgehouden aan de crash. Zonder deze had hij zeker meegedaan voor de wereldtitel 1973. En deze auto’s zie je enkel nog in een museum of rijdend op het FOS. In een wedstrijd worden ze, gezien hun hoge marktwaarde, niet meer gebruikt. ( Soms zijn er wel uitzonderingen ! )

We will be back in 2022 !!

Verslag: Joris de Cock
Foto’s: Joris de Cock, Patrick Verheeken, persdienst Goodwood,