Zoals alle grote evenementen had ook de organisatie van dit evenement zwaar te lijden onder de covid 19 pandemie en de daarbij horende maatregelen. Lange tijd was er onzekerheid over het dan al of niet doorgaan van deze klassieker.
Eind juni kwam er dan toch groen licht. Jammer genoeg zonder publiek. De deelnemende teams dienden hun personeelsbestand te minimaliseren. Ook wij van Wheels & Things kregen geen toestemming om ons ter plaatse te begeven. De organisatie beloofde wel een tweedaagse livestream zodat de classic fans toch een stuk konden meegenieten vanuit hun kot. Enkele dagen voor de eerste proefritten werd er van de overheid dan toch toestemming gegeven om 5000 toeschouwers toe te laten op de hoofdtribunes van het circuit. Deze kregen een vaste plaats toegewezen. Toegang tot de paddock was verboden.
Niettegenstaande deze moeilijke omstandigheden gaan wij toch proberen om een beetje sfeer weer te geven met wat info en beeldmateriaal dat de organisatie ons ter beschikking heeft gesteld.
De Corona pandemie was eigenlijk al de tweede opdoffer voor de AVD organisatie. Na een jarenlange samenwerking met het Britse Masters Historic kampioenschap had deze laatste besloten om de Duitse manche te schrappen van hun kalender. Dit was een zware klap voor de AVD: de Historic F1, Sportscars en Endurence Legends verdwenen uit het programma. Gelukkig hadden ze nog hun eigen op Duitsland gericht gedeelte met de Tourenwagen Classics en de DRM als basis om mee verder te gaan. Deze beide reeksen staan garant voor prachtige en historische racewagens. Vooral de nog vrij jonge Tourenwagen Classic’s organisatie groeit elk jaar. Met een mix van DTM wagens uit de verschillende periodes, WTCC, STW en ETCC van de jaren 70, zorgt deze reeks voor een prachtig startveld.
Dit wordt nog eens extra uitgebreid met zwaarder materiaal uit groep 4 en 5 zoals de BMW M1 Procar, Porsche 934 en Ford Capri Zakspeed. Deze laatste passen volgens ons wel beter in de DRM reeks. Met 53 deelnemers toch zeker één van de hoogtepunten van het weekend.
Op zaterdag reden ze een wedstrijd met wagens uit de “gouden tijd” zoals ze het zelf noemen. Dit zijn toerwagens tot 1992 en inderdaad dit zijn de mooiste en meest mythische uit deze reeks. De overwinning was de Opel Vectra STW van de Duitser Gerhard Füller voor de BMW M3’s van onze landgenoot Eric Qvuick en Harald Grohs.
Voor de tweede wedstrijd op zondag mochten dan alle deelnemers aantreden. De groep 4 en 5 en DTM auto’s van na 1992 vervolledigden het startveld. Twee Zakspeed Capri’s, een BMW M1 en een Audi DTM van 2006 stonden nu vooraan op de startgrid. Na de start verdwenen beide Capri’s vrij snel en kort na mekaar uit de wedstrijd. Kort daarna brak een hevig onweer inclusief hagel los boven de Nürburgring. Dit gebeurde half wedstrijd tijdens de verplichte pitstop periode met een grote chaos als gevolg. De wedstrijdleiding stopte terecht de wedstrijd. Wie had er gewonnen? Hiervoor diende eerst wat rekenwerk te gebeuren en na een enkele uren werd de Alpina BMW M3 van Peter Obendorfer, onverwacht weliswaar, uitgeroepen als winnaar.
Om het gebrek aan Formule 1 wagens te compenseren was er een demo voorzien met tien oude en wondermooie Ferrari’s. Jacky Ickx, die op 1 januari 75 jaar was geworden, was al eregast ingehaald en mocht het stuur nemen van zijn ex 312B2. Deze B2 zagen we al begin dit jaar op Retromobile. Meer info over over de B2 via deze LINK. Verder waren er nog 312B3, 312T3, recentere 639, 642, 643 en een 412T1 van de partij.
Tien Ferrari’s met een twaalfcilinder motor, het concerto moet geweldig geweest zijn! Naast Jacky Ickx was ook ex-Ferrari piloot René Arnoux uitgenodigd. Deze reed trouwens ook mee als co-piloot in enkele wedstrijden. Nu was er wel een verschil tussen de theorie en de praktijk: Ickx zat niet zoals gepland in zijn 312B2 maar in een 312B3.
Dit model uit 1974 was ooit de dienstwagen van Niki Lauda die hiermee zijn debuut maakte bij de Scuderia. De B2 stond wel in de pitbox maar kwam niet in actie.
Verdere opvulling van het programma was een wedstrijd met recente Ferrari GT wagens zoals de 430, 458 en 488 van de Duitse Ferrari Club. Nieuwe sponsor Audi liet zijn huidige R8 LMS een Cupwedstrijd rijden maar daar werden we nu niet echt wild van.
De startvelden bestonden dit jaar uiteraard meer uit lokale deelnemers. Door de huidige beperkingen waren er weinig buitenlandse deelnemers komen opdagen. De organisatoren waren dan ook iets soepeler met het toelaten van de auto’s aan de wedstrijden. Zo zagen we een GT wedstrijd waar ook toerwagens in meereden. Dit zorgde wel voor mooie momenten. Een Ford Escort die een Ford GT40 uit remt in de strijd voor de leiding: we hadden het tot nu toe nog niet gezien! De mix van Cobra’s, E-types, Healy’s GT40’s, BMW 2002’s en de Ford Escort was eens iets anders dan gewoonlijk.
De lezers van het tijdschrift en sponsor Motor Klassik hadden wel toelating om hun gebruikelijke rondjes op het circuit te draaien. Hier zagen we een allegaartje van modellen op de piste rijden. Van een Smart via een Golf GTI en een Mercedes 190D of een BMW M3, je zag ze allemaal voorbijkomen. Later werden ze nog aangevuld met blikvangers als de Ford Mustang en Capri, de BMW 30CSL, de gebruikelijke Porsche 911 en zelfs een Ferrari 512BB.
De DRM Revival was zoals vorig jaar een combinatie van ex DRM wagens en open proto’s. De strijd voor de leiding ging tussen twee Lola’s. Een T294 van Haas met een 2 liter motor en een Canam T 310 met een machtige Chevy machine aan boord. De kleine bood dapper weerwerk aan de grote en reed met 2 seconden voorsprong over de finishlijn. De derde plaats was lang in bezit van de Ford Capri Zakspeed van het Mücke team maar deze moest snelheid minderen met een hevig rokende motor. De Warsteiner BMW M1 van Glaser kwam hierdoor op het podium en won hiermee ook de DRM divisie.
Altijd van de partij op de OGP zijn de vooroorlogse modellen zoals de Mercedes SSK, BMW 328, Aston Martin Speed Ulster, Allard K1 en Alfa Romeo C6. Deze rijden geen wedstrijden maar een regelmatigheidsformule. Onder deze deelnemers was er een zekere Ulrich Saurer die met zijn BMW 328 aan alle 48 edities van de OGP heeft meegedaan. Hij rijdt en onderhoudt deze volledig zelf. Toch wel een prestatie.
Het niveau van editie 48 was zeker minder dan de vorige jaren. De startvelden waren, op enkele uitzonderingen na, beduidend kleiner maar het was toch het eerste grote massa event in Duitsland waar toeschouwers beperkt werden toegelaten. De organisatoren wisten ons wel de melden dat er meer dan 200.000 kijkers de live-stream op het internet hadden gevolgd en waren hiermee uiterst tevreden.
Het belangrijkste was er dat er in Corona tijd opnieuw werd gereden en we hopen dat we volgend jaar er terug bij kunnen zijn voor nummer 49. Op TV kijken is wel leuk maar je mist toch de sfeer, het geluid en de geur van olie en uitlaatgassen.
Verslag: Joris de Cock
Foto’s: Organisatie AVD