Op 1 juli opende de Porsche 356 tentoonstelling in Autoworld, de tentoonstelling loop tot eind augustus en als je een Porsche liefhebber bent dan kan ik ze je nu al aanbevelen.

Maar eerst een beetje geschiedenis. Eigenlijk was het vooral in de jaren dertig van de vorige eeuw dat door diverse gebeurtenissen het merk Porsche werd opgericht. De eigenlijke aanzet was de beurscrash van 1929. Echter al in het jaar 1900 liet Ferdinand Porsche van zich horen met de Lohner-Porsche. De Lohner-Porsche beschikte over voorwielaandrijving en had elektrische wielnaafmotoren, Ferdinand was toen nog maar 24. Ferdinand bleek niet zozeer een uitvinder te zijn echter wel een zeer goede ontwerper. Zo stond Ferdinand Porsche niet alleen aan de wieg van het merk Porsche maar was hij eigenlijk ook de oprichter van Volkswagen. In 1931 richtte hij in Stuttgart het Dr. Ing.h.c.F. Porsche Gmbh op, een heel complexe naam voor een ontwerp / consultatiebureau. Het bureau richtte zich op techniek voor auto’s vliegtuigen en schepen. Hiervoor trok hij een kring medewerkers aan waaronder Karl Rabe, Karl Fröhlich, Joseph Zahradnik, Josef Kales en Erwin Komenda, ook de toen 21 jarig Ferry Porsche kwam mee in de zaak. Hiermee had hij een groep specialisten verzameld die later bij de ontwikkeling van de eerste Porsche een belangrijke rol zouden gaan spelen, het zou vooral zoon Ferry zijn die de lijnen zou uitzetten voor de 356.

De Porsche hierboven is één van de 44 type 356/2 met aluminium koetswerk gebouwd in het Oostenrijkse Gmünd alvorens de productie naar Stuttgart verhuisde. Met deze 356 won op 15 juni 1950 de Zweedse rally rijdster Cecilia Koskull de Midnattsssollralyt. Het was de eerste internationale overwinning voor Porsche, er zouden er nog vele volgen.

Het legendarische nummer 356 is eerder op een eigenaardige manier ontstaan. Ferdinand Porsche nummerde zijn ontwerpen op volgorde, zo was de Porsche sportwagen ontwerp 349. Om één of andere reden is Ferdinand echter pas beginnen tellen vanaf nummer 7. Zo kreeg deze sportwagen het nummer 356. Op 8 juni 1948 kreeg nummer 1 de typegoedkeuring en eigenlijk zou je kunnen stellen dat dit de officiële geboortedatum is van de 356.

Het zou echter nog tot mei 1950 duren alvorens het merk Porsche in Stuttgart werd opgericht. Tegen die tijd had nummer 1 met kentekenplaat K45.286 er al enkele races opzitten en bijna allemaal gewonnen. De Eerste Porsche’s zijn geproduceerd in een houtzagerij in Gmünd te Oostenrijk. De productie startte eerder moeizaam op, niet omdat de auto niet gewild was maar het naoorlogse zorgde voor veel leveringsproblemen van de benodigde onderdelen. Ook de beperkte ruimte in hun provisorisch onderkomen noopte Porsche om de cabrio productie uit te besteden. De eerste cabrio’s werden dus gebouwd in Wenen, Thun of Zwitserland op een chassis dat Porsche naar daar stuurde. Er zijn trouwens ook enkele coupés in Wenen gebouwd.

Op de foto hierboven zien we rechts vooraan de Pre-A Cabrio, deze is gemakkelijk herkenbaar aan zijn gedeelde voorruit die in het midden is voorzien van een metalen spijl. Vanaf modeljaar 1952 is deze vervangen door een in het midden gebogen voorruit. Vanaf begin 1954 ruimde de 1100 cc plaats voor de krachtigere 1300 cc met 54 pk.

In 1950 verhuisde Porsche van Gmünd terug naar zijn geliefde Stuttgart, hier was wel de nodige ruimte aanwezig en een serieproductie werd opgestart. Initieel zou dat nog een tijdje samenlopen met productie in Gmünd maar al snel bleek het een stuk efficiënter te verlopen in Stuttgart. De serieproductie bracht wel een aantal wijzigingen met zich mee. Zo werd het aluminium koetswerk vervangen door een stalen variant, de taillelijn verhoogde iets, er kwam een vloeiendere daklijn en sterker gewelfde flanken. Ook de kleine tochtraampjes in de deuren verdwenen.

Hierboven zie je een aantal Porsche’s die stuk voor stuk speciaal zijn. We beginnen rechts met de 356 Zagato van 1957, het betreft hier een recreatie van een uniek model dat is vernietigd. De auto was uitgerust met een 4 cilinder boxermotor met een cilinderinhoud van 1498cc en leverde 115pk. Daarnaast vinden we de rode Speedster hetwelk eigenlijk een uitgeklede versie was die het moest opnemen tegen de goedkopere Britse sportwagens op de Amerikaanse markt. In die tijd werden ze op de Amerikaanse markt aangeboden voor een prijs van rond de 3000 $. Gek genoeg behoren deze Porsche’s nu tot de duurste. Hiernaast komen we de eerder zeldzame “Polizei” Porsche 356 tegen. De auto was geselecteerd omwille van zijn rijgedrag, acceleratie en topsnelheid. Er zijn er ooit maar zes geproduceerd waarvan er nu nog maar drie bekend zijn. De Denzel hierboven was een Oostenrijkse concurrent voor Porsche. Ze verwierven wereldfaam toen ze in 1954 tegen alle verwachtingen de Alpine Rally wonnen. Denzel bouwde enkel open roadsters en het koetswerk bestond volledig uit aluminium.

De Porsche hierboven is uniek, hij is gebouwd door Beutler. Deze Zwitserse carrossier is ook bekend van de Volkswagen cabrios. Deze auto is gebouwd op basis van een 356 A en later leverde de firma ook vierzitters af op de basis van de 356 B.

Tegen het voorjaar van 1951 verliet de 500ste 356 de Porsche fabriek. Ondertussen was de 356 opgemerkt door tal van privé-rijders als ideale auto voor rally’s en races. De successen bleven niet uit en de compacte en wendbare 356 werd een veel gevraagde sportwagen.

Vanaf dat jaar worden de 356’s ook ingedeeld in generaties: pre-A, A, B en C, in verschillende versies: Speedster, Roadster, Carrera … Ook andere carrosseriebouwers zoals Zagato, Denzel, Reutter, Karmann, Drauz en het Belgische D’Ieteren gaan kleine of grotere reeksen bouwen op basis van de 356.

Hierboven zien we de uiterst zeldzame BT6 Carrera 1600 GT van 1960. Dit is één van de in totaal slechts drie gebouwde en beschikt over een 135 pk motor. De auto is in 1962 geleverd aan Wilhelm Bartels die er verschillende bergraces mee heeft gereden. De wagen heeft gedurende 25 jaar in een schuur gestaan en is in 2003 gerestaureerd.

Deze Speedster Carrera GT van 1960 is de zoveelste speciale 356 die Autoworld heeft weten strikken. Het betreft een 1500cc met de legendarische Führmannmotor met twee dubbele nokkenassen of “4cam”, dubbele ontsteking en Hirth krukas op naaldlagers. Deuren, motor, kofferdeksel en velgen zijn uit aluminium. Hij nam deel aan Le Mans en heeft ook geracet op de Nürburgring en Hockenheim.

De “356 Carrera Abarth” die je hierboven ziet is uitgerust met een aerodynamische body in aluminium. Voor deze 356 riep Ferry Porsche de hulp in van Carlo Abarth uit Turijn. Abarth had op dat moment ook al heel wat bewezen en tilde deze 356 dan ook naar een hoger niveau. Het chassis is dat van een 356 B T5 en onder de motorkap zit een 1600 cc Carrera motorblok met 115pk. Met zijn 776kg was dit een echt lichtgewicht. Zoals ook Colin Chapman altijd heeft gezegd is gewicht vijand nummer één van acceleratie en wendbaarheid. Carlo Abarth had dit ook door en maakte deze versie maar liefst 140kg lichter dan de 356 Carrera GT die ook al voor het circuit was ontwikkeld.De lijst met overwinningen en succesvolle deelnames aan wedstrijden is dan ook best indrukwekkend te noemen.

Deze 356 B 2000 GS/GT Carrera 2 is in een beperkte oplage van slechts 446 stuks gebouwd waarbij dit specifiek model is omgebouwd tot racewagen. omwille van gewichtsbesparing zijn ook hier alle niet essentiële onderdelen gedemonteerd. De auto wordt actief gebruikt voor tal van classic car races waaronder ook Le Mans Classic.

In de loop van 1960 wordt de 356 A vervangen door de nieuw ontworpen 356 B. De voornaamste visuele verschillen tussen het oude en het nieuwe model zit in de bumpers en de hoger geplaatste koplampen. Vanaf nu zit de nummerplaatverlichting verwerkt in de achterlichten, deze zijn ingewerkt in de achterbumper. Op zijn beurt zal in 1964 de 356 B worden vervangen door de 356 C. Vanaf nu zijn er nog maar drie motoren beschikbaar, de oude 60pk versie wordt vervangen door een nieuwe die 75pk levert. Uiterlijk lijken de B en de C versies erg op elkaar. Als we naar de verdere geschiedenis van het merk kijken zien we dat dit niet alleen voor de 356 opgaat. De nu nog steeds gebouwde 911 heeft nog sterke gelijkenissen met het allereerste model. De laatste 356 is afgeleverd in mei 1966.

De eerste motoren waren boxer 4 cilinders en hadden een inhoud van 1131cc. Al snel werd de cilinderinhoud vergroot naar 1300cc en later naar 1500cc en 1600cc alsook eens een enkele 2 liter.

De legende die Porsche nu nog steeds is was geboren. Tot op de dag van vandaag staat het merk er om bekend geen uitdaging uit de weg te gaan. De lijst met records en overwinningen is schier eindeloos. En het is nog steeds een merk waar de hele auto-industrie naar opkijkt. Trouwens voor zij die zich afvragen wat het nut is van de kleine grilles naast de richtingaanwijzers, dit was voor het claxon geluid.

Meer info kan je vinden op de website van Autoworld.

Foto’s & artikel: Patrick Verheeken