Op vrijdag 10 maart bereikte ons het overlijdensbericht van John Surtees. Op zich niet opmerkelijk voor iemand van 83 jaar oud, maar wij waren toch wel verrast gezien de fysieke conditie waarin hij nog steeds verkeerde.
We zijn hem de laatste jaren verschillende keren tegengekomen op de Goodwood Revival en het Festival of Speed. Telkens moesten wij vaststellen hoe vitaal en energiek deze tachtig plusser nog was, zowel op een motorfiets als in een F1 wagen. De manier waarop hij nog op zijn Vincent motorfiets sprong, deed veel jongere gasten wel eens slikken en eens hij erop zat was het volle gas de heuvel op.
Surtees was misschien niet zo bekend bij het grote publiek, maar het is tot nu toe de enige piloot die zowel wereldkampioen is geworden op een motorfiets als in de Formule 1. Bij de motorfietsen zelfs zeven keer. Hij was de oudste nog in leven zijnde F1 wereldkampioen.Als zoon van een motorfietshandelaar groeit hij op een wereld van techniek en snelheid. Hij bouwt zelf zijn eigen racemotor op basis van een Vincent en debuteert op 15 jarige leeftijd op het circuit van Brands Hatch. Surtees wint de ene wedstrijd na de andere en bij zijn eerste confrontatie met de toenmalige motorkampioen Jeff Duke moet deze alles uit de kast halen om maar net voor Surtees te eindigen. Tussen 1951 en 1955 rijden vader en zoon Surtees met hun bestelwagen van de ene wedstrijd naar de andere om in deze periode er meer dan 200 af te werken. Soms op drie verschillende locaties per weekend. Aangezien Surtees zowat alles won werd hij al snel opgemerkt door de Italiaanse graaf Augusta die hem voorstelt om als fabrieksrijder bij hem te komen rijden. Augusta maakt snelle motorfietsen maar de baanligging is niet al te best. Verschillende piloten waren verongelukt op hun machines. Surtees aanvaard en begint al direct met aanpassingen te laten uitvoeren op de Augusta’s en zal al zijn wereldtitels voor dit merk behalen. Tijdens een diner met autopiloot Mike Hawthorn stelt deze hem voor om het eens op vier wielen te proberen. Tot dan had Surtees nog nooit een autorace gezien. De eerste keer zal het als deelnemer zijn. Hij maakt zijn autodebuut in 1960 op het circuit van Goodwood met een Formula Junior en behaalt direct een tweede plaats. De concurrentie is gewaarschuwd. Vanaf nu zal hij zowel met auto’s als met motoren aan wedstrijden deelnemen. Zijn dubbel programma schiet in het verkeerde keelgat bij Graaf Augusta en hij moet op het matje komen. Een Italiaanse krant had een kop gezet met als titel: ‘Surtees heeft geen Augusta nodig om te winnen ! Zoals alle grote kampioenen had John Surtees een moeilijk karakter en liet zich niet snel de les leren. Het gesprek had als resultaat dat hun samenwerking gestopt werd. Surtees besluit om op zevenentwintig jarige leeftijd de twee wielers om te ruilen voor vier.
In 1961 rijdt hij het F1 kampioenschap op een Cooper Climax en eindigt op de twaalfde plaats in de eindstand. In 1962 ruilt hij de Cooper voor een Lola en valt net naast het podium in de eindstand met plaats vier. Tussendoor doet hij ook nog sportscarwedstrijden met ondermeer een Ferrari 250 GTO. Opnieuw is er belangstelling vanuit Italië. Dit keer is het commendatore Enzo Ferrari die Surtees aanwerft voor het 1963 seizoen. Surtees wint de GP van Duitsland op de Nürburgring en eindigt opnieuw op P4 in het WK. De samenwerking met Ferrari was niet echt goed begonnen: Teammanager Dragoni kon niet echt goed opschieten met Surtees en voor de start van de 12 uren Sports Car wedstrijd in Sebring kreeg Surtees een andere wagen toebedeeld. Hij nam de start tegen zijn goesting maar kwam een half etmaal later toch als overwinnaar over de streep samen met ploegmaat Scarfiotti in hun Ferrari 250P. Na de wedstrijd kwam er echter een officiële klacht waarin werd gemeld dat hun winnende wagen één ronde minder had gereden dan de officiële uitslag. De klacht kwam van het Ferrari team zelf en werd door teammanager Dragoni ingediend. Gelukkig voor Surtees kon zijn toenmalige echtgenote een volledig ronde per ronde stand rapport voorleggen die overeenkwam met deze van de organisatoren. De overwinning was voor Surtees en de relatie met Dragoni was meteen verzuurd.
In 1964 rijdt hij F1, Sportscar en GT wedstrijden voor Ferrari. Hij wint opnieuw de GP F1 op de Nürburgring en ook de thuiswedstrijd van Ferrari in Italië op het circuit van Monza. In de F1 is er een hevige strijd tussen Jim Clark, Graham Hill, Dan Gurney en Surtees zelf. Voor de laatste wedstrijd in Mexico City kunnen Clark, Hill en Surtees nog kampioen worden. Jammer genoeg draait de Ferrari 8 cilinder maar op 5 cilinders en moet hij zijn collega’s voor laten. Gelukkig voor hem hebben zowel Clark als Hill pech en na een tijd kan hij zelfs terug beschikken over al zijn cilinders. Dan Gurney wint de wedstrijd, Surtees is tweede en is meteen de nieuwe wereldkampioen.
Surtees is gelanceerd voor een tweede wereldtitel in 1965 en rijdt daar boven op nog Formule 2 en sportscars en dit zowel internationaal als lokaal in Engeland. Hij wint de Race of Champions, een F1 wedstrijd buiten kampioenschap, in Brands Hatch en verschillende Sportscar wedstrijden waaronder de 1000 km van Nürburgring. Hij zal echter het zwaarste ongeval maken van zijn carrière in het Canadese Mosport waarbij hij onder zijn Lola T70 terecht komt. Verschillende breuken aan zijn benen, bekken en beschadigde nieren zijn het gevolg. Het seizoen stopt voortijdig voor hem en hij moet beginnen aan een acht maand durende revalidatie.
Eind april 1966 doet hij zijn weder optreden met direct een overwinning in de 1000 km van Monza met een Ferrari 330 P3. Hij wint begin juni ook nog de GP van België op het nog grote circuit van Francorchamps alvorens zich richting Le Mans te begeven voor de 24 uren. Eens hij daar aankomt meld teammanager Dragoni dat hij vervangen wordt door een andere piloot. Surtees is woedend en stapt in zijn Ferrari 330 straatversie en gaat richting Modena om daar de commendatore Enzo Ferrari eens zijn gedacht te gaan meedelen. Nu als twee keikoppen dit doen is de kans groot dat er geen oplossing komt en Surtees verlaat per direct de Scuderia Ferrari. Hij zal het seizoen verder zetten in een Cooper Maserati en zal nog de GP van Mexico winnen. Hiermee is hij samen met Juan Manuel Fangio één van de twee rijders die op één seizoen twee wedstrijden hebben gewonnen met twee verschillende merken. Hij zal het seizoen afsluiten als vice-wereldkampioen. Heel waarschijnlijk zou hij één plaats hoger geëindigd moest hij bij Ferrari gebleven zijn. Hij zal nog wel een kampioenschap binnenhalen op het einde van 1966 door de eerste Canam kampioen te worden met een Lola T70.
Het volgende jaar ( 1967 ) wordt hij Honda piloot. Als nieuw team helpt hij mee aan de ontwikkeling van de wagen. Dit verloopt eerder moeizaam maar toch kan hij op de heilige grond van Ferrari, alsof het zo moest zijn, de Italiaanse GP op Monza winnen met zijn Honda RA300. In 1968 blijft hij bij Honda, maar buiten een tweede en derde plaats, zijn er veel opgaves door technische problemen. Hij vertrekt bij Honda en gaat aan de slag bij BRM maar daar zijn de technische problemen nog veel groter en hij besluit dan maar onder het motto: Wat je zelf doet, doe je veel beter om een eigen team op te richten en constructeur te worden van F1 en F2 wagens. Hij debuteert zelf met zijn eerste F1 wagen, de TS7, in de GP van Engeland en zal nog een tijdje zelf zowel in F1 en F2 actief zijn tot eind 1972. Dan besluit hij om de helm definitief aan de haak te hangen en zal zich richten op de taak als teammanager. Het beste F1 resultaat als team komt van Mike Hailwood, ook een piloot die de motorfietsen omruilde voor de auto, die tweede eindigt in de GP van Italië in Monza. De zelfde Hailwood zal ook voor het grootste succes voor het team zorgen, maar dan in F2, door in dat zelfde jaar Europees kampioen te worden. Spijtig genoeg voor Surtees kwam BMW in 1973 met de nieuwe M12 motor. Deze werd in de March 732 geplaatst en Jean Pierre Jarier werd kampioen. Team Surtees werd met Jochen Mass tweede.
In Formule 1 werd er tot in 1978 meegereden maar dan was de kas leeg en werd het team opgedoekt. Piloten als Alan Jones, Vittoreo Brambilla, Carlos Pace, Jochen Mass, Dieter Quester, Rupert Keegan en Mike Hailwood bestuurden de F1 wagens.
In een tweede huwelijk met zijn nieuwe echtgenote Jane werd hij op latere leeftijd voor het eerst vader. Met twee dochters en een zoon werd de familie fors uitgebreid. Zijn zoon Henry had wel wat genen van zijn vader en begon ook met karting om zo verder te gaan in de Ginetta-cup, Formule BMW, Formule Renault, Formule 3 en Formule 2 met behoorlijke resultaten. Jammer genoeg was hij betrokken in een crash met F2 wagens in 2009 in Brands Hatch en werd op het hoofd getroffen door een rondvliegende band. Hij overleefde de klap niet. Een tragedie voor de Surtees familie.
In 2014 wordt John opnieuw herenigd met zijn winnende 1964 Ferrari wereldkampioenauto. De huidige eigenaar van de wagen, de Amerikaan John Barber, leent hem voor twee maanden uit aan Surtees. Hij komt ermee naar het Festival of Speed in Goodwood. Hij ontbreekt trouwens op geen enkel van de Goodwood events. Ofwel is het een motorfiets, een Ferrari F1, een Lola, een F1 Surtees of zoals in September laatstleden nog een Ferrari 250 GT maar altijd was hij van de partij. De passie voor racewagens blijft tot op het einde van zijn leven aanwezig.
Big John overleed in een Londens ziekenhuis door ademhalingsproblemen op 10 maart 2017.
Artikel: Joris de Cock
Foto’s: Joris de Cock, Patrick Verheeken