Gezien op het FOS 2018: de winnende BMW M3 Sport Evolution van de 24 uren van Francorchamps 1992.

Bij aankomst in de paddock van het Festival of Speed werd onze aandacht getrokken door een rood-witte Bastos Fina BMW M3. Als Bastos en Fina aanwezig zijn op een racewagen is het bijna zeker een exemplaar met Belgische connecties.

Na een eerste blik bleek het om de winnende BMW M3 Sport Evolution van de 24 uren van Francorchamps te gaan. Deze E30 M3 werd na de uithoudingswedstrijd van 1992 verkocht in de staat waarin hij de wedstrijd had beëindigd, verdween voor vele jaren en komt nu opeens terug tevoorschijn. Waar heeft die al die tijd gezeten?

We gaan eerst terug naar 1992. De 24 uren van Francorchamps werden verreden in het eerste bloedhete weekend van augustus. Deze uithoudingswedstrijd had de laatste jaren wat moeten inboeten aan mogelijke winnaars. Met het verdwijnen van het WK en EK voor toerwagens verdwenen er ook een aantal deelnemende teams. Punten voor een klassement waren er toch niet meer te verdienen. Enige vaste waarde waren de door BMW Motorsport afgevaardigde teams van Schnitzer en Bigazzi die sinds enkele jaren prachtduels uitvochten op het Ardense circuit. Tot 1990 waren de Ford Sierra’s Cosworth van Rudi Eggenberger hun grootste opponenten. Deze konden echter maar één keer met zege gaan lopen in 1989. Meer info hierover via deze – LINK -. Ze konden dit in 1990 niet meer herhalen en beslisten om zich vanaf dan nog enkel te concentreren op sprintwedstrijden. Gelukkig voor de organisatoren komt er in 1991 een nieuwe deelnemer op de proppen met Nissan. Zij sturen speciaal hiervoor vanuit Japan een Skyline naar België. De Nissan is uitgerust met alle nieuwe technieken van die periode zoals een turbomotor en 4 wielaandrijving. Dit monster was vooral actief in het Japanse en Australische toerwagenkampioenschap waar hij de bijnaam “Godzilla” had gekregen. In feite was dit de voorganger van de huidige Nissan GTR. De Skyline werd toen niet verkocht in onze Europese markten. Voor de editie 1991 heeft BMW echter een probleem. Door een overlapping van de kalender worden er in het zelfde weekend zowel een DTM wedstrijd als de 24uren van Francorchamps georganiseerd. De teams van Schnitzer en Bigazzi moeten in Duitsland een de DTM wedstrijd deelnemen. Voor de 24 uren komt het kleine Italiaanse Cibiemme het opnemen tegen de Nissan. Hun M3’s zijn echter niet in de meest recente evolutie die in het DTM wordt gebruikt maar zijn oudere Groep A modellen. Ze blijken dan ook niet snel genoeg om de Nissan echt te bekampen. De Skyline met David Brabham, Anders Olofsson en Naoki Hatori wint vrij eenvoudig de wedstrijd. Voor 1992 komt de Nissan opnieuw naar Spa maar deze keer zijn de DTM BMW’s van Schnitzer en Bigazzi wel van partij. Elk team komt met 2 exemplaren aan de start. Van bij de trainingen zit het tempo er al fors in. De M3’s kunnen zich allen voor de Nissan kwalificeren en gaan volop de strijd aan. De extreem warme temperaturen helpen hierbij zeker. Ook in de wedstrijd zelf nemen ze het voortouw. Door de hitte is de bandenslijtage bij de vrij eenvoudige BMW veel minder dan bij de complexe Nissan. De verschillen zijn echter niet enorm en tegen valavond ligt alles nog open. Dan slaat voor Nissan echter het noodlot toe: bij een routinetankbeurt wordt er benzine gemorst op de bloedhete racewagen. Deze begint spectaculair te branden waardoor er een grote vuurbal verschijnt in de pitlane. Gelukkig komen andere teams hulp bieden bij de bluswerken en kan er een grote ramp vermeden worden. Spijtig genoeg is de Skyline te zwaar beschadigd en is een opgave onvermijdelijk. Vanaf dan moeten beide BMW teams het maar onder mekaar uitmaken voor de overwinning. Tot nu toe was dit meer de specialiteit van het Schnitzer team maar de Italianen van Bigazzi bieden fors weerwerk. In de nacht verliest Schnitzer de wagen van Cecotto/Ravaglia en onze landgenoot Duez. De Bigazzi van Soper/Martin en Danner wordt de nieuwe leider. Hun wagen moet echter binnen voor een koetswerkherstelling na een kleine aanrijding van Steve Soper met een gedubbelde wagen en verliest één ronde. De andere Schnitzer BMW van Winkelhock/Heger en onze landgenoot Eric Van de Poele komt aan de leiding. De verschillen blijven echter klein. Met nog twee uren wedstrijd beslist men bij Schnitzer om het tempo een klein beetje te vertragen. Eric Van de Poele zit aan het stuur van de nummer 3 BMW. De radio was uitgevallen en de communicatie verliep dan terug volledig zoals vroeger met de traditionele borden. Van de Poele komt binnen voor de laatste pitstop en er wordt beslist om hem aan het stuur te houden van de M3. Bij Bigazzi beslissen ze om tijdens de laatste stint hun beste rijder Steve Soper te laten rijden. Dat Soper nog aanwezig was in Spa was op zich al bijna een wonder. Zijn echtgenote was tijdens het zelfde weekend bevallen van een dochter en tussen de kwalificaties en de wedstrijd was Steve al op en af naar Londen gereisd. Eigenlijk hoopte Steve dat zijn M3 het al na enkele uren wedstrijd zou opgegeven hebben zodat hij terug naar Engeland kon. De M3 bleef echter op de kleine aanrijding na probleemloos rondrijden en Steve vroeg aan zijn teambaas toch de toestemming om voor het einde van de wedstrijd af te reizen naar Londen. Gabrielle Rafanelli wou hier echter niet van weten en wilde de beste rijder van het trio in de auto voor de laatste stint. Op pure snelheid was het misschien zelfs niet gelukt voor Steve die iets sneller reed dan zijn tegenstander. Die zat echter al langer aan het stuur van zijn M3 en had ook nog problemen met zijn dranksysteem. Eric Van de Poele geraakt meer en meer uitgeput en zijn rondetijden worden trager. Steve Soper komt dichter en dichter. Soms maakt hij tot 13 seconden per ronde goed en in de voorlaatste ronde komt hij tevoorschijn in Van de Poeles achteruitkijkspiegel. Net voor de “busstop” passeert hij de onfortuinlijke Van de Poele die toch nog probeert om er het beste van te maken. Soper passeert de volgende keer als winnaar de finishlijn. Het is zijn eerste zege in de 24 uren van Francorchamps en wat eigenlijk niemand voor mogelijk achtte gebeurt: de Italianen van Bigazzi winnen tegen het almachtige Duitse Schnitzerteam. Eric Van de Poele wordt uitgedroogd uit zijn M3 gehaald en wordt direct naar de ziekenboeg gebracht. Hij zal later nog verschillende keren deze wedstrijd winnen maar eentje meer had natuurlijk wel mooi gestaan op zijn palmares. Direct na de aankomst kan Steve Soper dan toch vertrekken naar Londen naar zijn echtgenote en dochter Carrie. De winnende Bigazzi BMW M3 komt voor enkele maanden terecht in de showroom van de Belgische BMW importeur. Hij werd toen te koop aangeboden voor 2 miljoen Belgische franken. De M3 wordt verkocht en verdwijnt van de radar tot hij in 2018 opnieuw opduikt op het Festival of Speed in Goodwood.

De eigenaar vertelt ons dat de M3 Sport Evolution dateert van 1991. Het was toen al Steve Soper’s wagen en werd gebruikt in het DTM kampioenschap. Na zijn sprintcarrière werd hij omgebouwd tot enduro racer voor de 24 uren van Francorchamps. Na deze wedstrijd zal hij dan de nieuwe eigenaar worden. Nog niet beseffend wat hij eigenlijk heeft aangekocht laat hij de decoratie van de wagen aanpassen. Gezien zijn professionele activiteiten in Macau met het mineraalwater Watson laat hij de wagen voorzien van de versie waarmee Emanuelle Pirro in 1991 de Macau Ghia wedstrijd won in de casinostad. De M3 ( in Watson uitvoering ) komt terecht in het plaatselijke museum. Daar bleef hij onaangeroerd tot hij vorig jaar terug naar Europa werd gebracht. Hij werd in Engeland volledig terug race klaar gemaakt en de originele decoratie werd opnieuw aangebracht. En het moet gezegd worden: er is geen verschil tussen de versie van in 1992 en deze van nu. Alles werd perfect terug in zijn originele staat gezet.

De eigenaar nam contact op met Steve Soper of hij interesse had om met zijn ex M3 deel te nemen aan het Festival of Speed. Die was direct akkoord en zag vrijdagmorgen voor de eerste keer de wagen. Hij vertelde dat het precies zoals thuis aanvoelde. Na enkele momenten kwamen alle handelingen automatisch terug en Steve liet de S14 M Power terug brommen zoals in 1992. De hoge toeren motor van de M3 hoor je echt van ver afkomen.

Na dit geslaagde weekend vertrok de M3 al direct naar Silverstone waar hij statisch zou tentoongesteld worden tijdens het jaarlijkse Classic event.

Artikel: Joris de Cock
Foto’s: Patrick Verheeken