Autoworld in Brussel heeft de laatste jaren een echte make-over ondergaan. Ze werken bijna maandelijks rond een automerk dat ze in extra in de kijker zetten. Dat kan gaan over een speciaal merk of rond een verjaardag van een automerk. Op dit moment loopt er nog een tentoonstelling rond en over Pegaso.
Nu hoor ik al een aantal mensen zeggen “nooit van gehoord”. Wel dan is het nu hoog tijd om daar verandering in te brengen want dit bijzondere merk verdient 100% uw aandacht.
Pegaso is een Spaans automerk opgericht door Wifredo Ricart die op het moment van oprichting al een lange geschiedenis in de autowereld achter de rug had. Na de oorlog in 1945 verliet hij bij Alfa-Romeo waar hij samen met Enzo Ferrari aan de raceauto’s van die tijd sleutelde. Hij ruilde Italië in voor zijn geboorteland Spanje, de Spaanse regering had hem namelijk gevraagd om de leiding van Enasa op zich te nemen. Dit bedrijf zou later vrachtwagens gaan produceren, hier zou ook Wifredo Ricart zijn expertise in dieselmotoren van pas komen.
Bij Enasa begon Wifredo met Spaans overheidsgeld Hispano Suiza te herstructureren en in 1946 stelde hij de eerste vrachtwagen voor. Deze was gebaseerd op de Hispano Suiza 66G en door de eigenaardige vorm van de cabine kreeg hij de bijnaam ‘mofletes’. Als logo koos hij het mythische paard Pegasus als symbool van kracht en snelheid. Hiermee was het merk Pegaso geboren.
Al snel kwam Wifredo Ricart zijn passie voor raceauto’s terug naar boven en zo ontwikkelde hij in 1950 zijn eerste sportwagen. Een jaar later zou deze worden voorgesteld op het salon van Parijs. De Pegaso verbaasde vriend en vijand want hij leek op een tweezitscoupé maar had alle technische hoogstandjes van een racewagen aan boord. Zijn V8-motor met vier bovenliggende nokkenassen en een tandwieloverbrenging van het type Z-102B, was erg bijzonder voor die tijd. Hij werkte samen met een transaxle met handgeschakelde vijfversnellingsbak voor een optimale gewichtsverdeling. Ook al werden de auto’s met veel zorg gebouwd de productie was echter niet rendabel. Er werden dan ook maar honderd exemplaren gebouwd.
De unieke koetswerken zijn stuk voor stuk kunstwerken op wielen. De meeste wagens kregen een berlinettecarrosserie of competitiegericht barchettakoetswerk van het Italiaanse Touring Superleggera, een cabrioletkoetswerk van het Spaanse Serra of een coupé- of cabrioletkoetswerk van het Franse Saoutchik.
De racewagens waren het uithangbord van het bedrijf, het waren echter de vrachtwagens, bestelwagens, bussen, lichte tanks en trams die geld in het laatje brachten. De aantrekkende economie had nu eenmaal meer aan een vrachtwagen dan aan een raceauto.
De eerste reeks auto’s kregen de naam Tipo 102 of Enasa berlinetta, diegene die je hierboven kan zien behoort tot de allereerst geproduceerde modellen. Het was origineel een fabriekstestauto die na zijn testdienst compleet is gereviseerd door Enasa en voorzien van een nieuw chassisnummer alvorens te werden verkocht aan zijn eerste eigenaar.
De hoofdreden waarom de meesten onder u nooit eerder van Pegaso hoorden heeft hoogst waarschijnlijk met hun zeldzaamheid te maken. Van de Z-102 die we hier verder bespreken zijn er slechts 84 gebouwd en zouden er nu nog maar 60 bestaan. Het moet dan ook gezegd dat het voor Autoworld een prestatie van formaat is om 14 van de mooiste Pegaso’s bij elkaar te krijgen. De auto’s zijn overgebracht van Spanje, Frankrijk, Groot-Brittanië, Liechtenstein, Nederland en België.
Mario Laguna is als grote kenner van het merk aangesteld als commissaris van de expo ‘In the Spotlight’ rond Pegaso. Hij is er in geslaagd om voor Autoworld de meest iconische Pegaso’s naar Brussel te halen. Zo zagen we meerdere Touring Superleggera, meerdere Serra Spider’s, meerdere Superleggera Berlineta/Cabriolet en ook de bloedmooie Touring Superleggera “Thrill”. Het competitie model de Enasa Pedralbes stond ook tentoon, voor mij trouwens de eerste keer dat ik die te zien kreeg.
De Z-102 Touring Superleggera was in meerdere versies aanwezig, zo zagen we deze Pegaso Z-102 van 1955 met een V8 van 2,8 liter. Het betreft de enige Pegaso Touring met de richtingaanwijzers in de grille.
Deze groen matte versie viel ook wel op, we zagen die al in 2015 tijdens Retromobile waar u hier het verslag kan van terugvinden. Deze Z-102 is gebouwd in 1955 en beschikt over een V8 met 3,2 liter inhoud. Deze Pegaso maakt deel uit van een Britse privé collectie.
Hierboven zie je de Pegaso Z-102 Serra Spider van 1953. Deze auto is oorspronkelijk geleverd met een berlinetta koetswerk van Touring Superleggera. Na een ongeval is hij gereviseerd door de fabriek en dan in de handen gegeven van Serra die een nieuwe spider carrosserie maakte in 1957. Dit was de laatste van zeven Pegaso’s met een koetswerk van Pedro Serra, geleverd met een originele hardtop.
In 1953 zou Pegaso de auto-industrie terug wakker schudden. In de winter van 1952/53 had Touring een echt uitzonderlijk koetswerk gebouwd op chassis 0-0133. De bedoeling was om de Pegaso “Thrill” te tonen aan de wereld tijdens het salon van Turijn eind april. Het koetswerk week sterk af van het standaard werk van carrosseriebouwer Touring, Felice Anderloni was namelijk door Ricart gevraagd om met iets “exceptioneel” te komen. Persoonlijk vind ik deze Pegaso “Thrill” een van de mooiste auto’s uit de jaren 50. wat vindt u?
De verchroomde uitlaten zitten prachtig verwerkt in de achtervleugels, ook de zeer grote glaspartij achteraan trekt de aandacht en benadrukt het prachtige lijnenspel van deze auto. De Thrill was later nog te bewonderen tijdens de salons van Barcelona, Londen en Parijs waarna hij is verkocht aan een enthousiaste concours deelnemer. Deze man verkocht hem op zijn beurt door aan motor en sportautoracer Antonio Creus. Antonio had al een Enasa coupé en hij racete met een Touring Spyder. Hij gebruikte de Thrill als zijn persoonlijke auto en zette meer dan 100.000km op de teller. Op dit moment is de Thrill in handen van een Amerikaanse eigenaar.
En dan is er ook nog de Pegaso Pedralbes. De auto dankt zijn naam aan het 6,3km lange circuit in de buurt van Barcelona waar op 22 oktober 1954 de Peña Rhin GP plaatsvond. Enasa nam deel met twee nieuwe SE P Spyders, beiden hadden een 3,2 liter V8 met twee superchargers. De vermogens zijn nooit echt bekend gemaakt maar diverse berekeningen geven aan dat de motoren over maar liefst 360pk bij 6000rpm beschikten. Helaas was de slechte voorbereiding oorzaak dat Celso Fernandez niet kon oefenen en hierdoor van de laatste plaats moest vertrekken. De beide Pegaso’s vielen uit tijdens de race, de ene vanwege remproblemen en de auto van Fernandez met een olielek. Echter voor het binnenkomen zette hij op het lange rechte stuk nog een snelheid neer van maar liefst 295km/u. Naderhand was er ook nog een deelname aan de Carrera Panamericana in Mexico waar hij in de eerste reeks 8é finishte. In de vierde reeks crashte hij echter waardoor ze moesten opgeven.
Wist je trouwens dat België ook voorkomt in de geschiedenisboeken van Pegaso? In april 1953 was het Celso Fernandez die in Jabbeke het snelheidsrecord over de flying kilometer en flying mile brak met een Pegaso Touring Spyder ST C. Hij zette snelheden neer van maar liefst 243km/u over de kilometer en 241km/u over de mijl en haalde hiermee de titel van snelste commerciële auto ter wereld binnen! De strijd ging hier vooral tussen de Pegaso en de Ferrari 340 America.
We sluiten af met een werelprimeur, de auto hierboven (alweer eentje waar er slechts één van bestaat) is hier in Autoworld de eerste keer tentoongesteld buiten Spanje. Het betreft een Z-104, deze Pegaso met Serra Spider koetswerk is uitgerust met een 4,7 liter V8 motor. De auto was gebouwd in 1955 met de bedoeling deze nieuwe motor te testen. Hij is nu in het bezit van Iveco.
Wil je meer zien van de tijdelijke tentoonstellingen in Autoworld kijk dan regelmatig op hun website.
Wil je graag meer van Wheels-and-things lezen schrijf je dan in op onze mailinglist.
Foto’s & verslag: Patrick Verheeken.