Exact 40 jaar geleden debuteerde Renault Sport als eerste constructeur met een F1 wagen die uitgerust was met een turbomotor in de GP van Engeland op het circuit van Silverstone.
Wat niemand voor mogelijk had gehouden werd door het Franse team gerealiseerd: een rijklare 1,5 liter V6 cilindermotor die uitgerust was met een gigantische turbolader. De ontwikkeling hiervoor was in 1975 opgestart. Petroleumfabrikant Elf betaalde al de facturen en zal later dan ook als titelsponsor fungeren op de auto’s. Bij Renault liep er in die periode zowel een Le Mans alsook een F1 programma. Het hoofdstuk Le Mans had eigenlijk in 1977 al moeten stoppen met een klinkende overwinning in de houdingswedstrijd, maar dit was enigszins anders verlopen dan verwacht. De drie ingeschreven proto’s hadden één voor één met technische problemen de strijd moeten staken en de winst ging naar de Martini Porsche 936 turbo van onze landgenoot Jacky Ickx gekoppeld aan Jürgen Barth en Hurley Haywood. Bij Porsche was het al niet veel beter dan bij Renault want de winnende wagen kwam met een zo goed als opgeblazen turbomotor over de eindstreep. In laatste ronde was er héél wat blauwe rook ontsnapt uit zijn uitlaatsysteem. Renault moest zijn huiswerk in 1978 overdoen en toen lukte het wel om de overwinning te behalen. Didier Pironi en Jean Pierre Jaussaud wonnen met de A442B turbo die als enige van de vier ingeschreven Renault’s voorzien was van een plastieken koepel over de bestuurderspositie. Hierna kon Renault zich 100% concentreren op de F1.
Terug naar de GP van Engeland in 1977. Jean Pierre Jabouille zal de gele RS 01 besturen. Normaal gezien had het debuut twee weken hiervoor moeten plaats vinden in de GP van Frankrijk. De Engelse pers sprak al snel van “The yellow teapot” want ze geloofden totaal niet in het turbo concept. Samen met Renault stapte ook bandenfabricant Michelin in de F1 met een radiaalband en nog een debutant in deze wedstrijd was de Canadees Gilles Villeneuve die met een derde Mclaren van start ging. In de kwalificaties waren er al twee turbo’s gesneuveld op de RS 01 . Vertrokken op P 21 moest Jabouille ook in de wedstrijd al na 17 ronden terug naar de pits met een derde gebroken turbo. Bij Renault besliste men om niet aan de volgende wedstrijden in Duitsland en Oostenrijk deel te nemen. Het Nederlandse Zandvoort zou hun tweede publieke optreden worden. Daar gaat het toch al iets beter dan in Engeland. Gestart vanop P10 houdt de Renault motor het toch 40 ronden vol maar dan volgt de opgave met een gebroken wielophanging. Op het snelle circuit van Monza komt de extra turbo power van de Renault motor niet echt tot uiting. Slechts startplaats 20 en een opgeblazen motor na 24 ronden. De Renault RS 01 doet nog mee aan de Noord Amerikaanse tournez met terug een opgave in Watkins Glen in de USA en een niet kwalificatie in het Canadese Mosport. Renault beslist om de verre trip naar Japan niet meer te maken en zich te concentreren op het volgende jaar. De eerste WK punten zullen pas één jaar later in de USA behaald worden en ondertussen is het nog een lange lijdensweg geweest voor het Renault team.
Renault Classic had twee exemplaren bij op het FOS. Eén rijdend en één statisch exemplaar op de Renault stand. Beide in een perfecte staat. René Arnoux was ook aanwezig en reed de RS 01 de heuvel op. Deze sympathieke Fransman glimlachte naar iedereen en deelde volop handtekeningen uit. Dat Renault Classic er vol voor gaat bewees ook een prefect gerestaureerde Renault Saviem bestelwagen uit de zelfde periode. Deze stond opgesteld naast hun RS 01.
Met deze wagen bracht Renault een wagen mee die perfect paste in het algemeen thema van het FOS 2017 met de “Gamechangers”. De RS 01 zorgde voor een revolutie in de F1 wereld. Het debuut en de beginjaren waren zeer moeizaam maar halfweg 1979 kwam de grote vreugde: Jean Pierre Jabouille won de eerste wedstrijd en meteen op hun thuiscircuit in het Franse Dijon. Ploegmaat Arnoux zal na een fel bevochten duel met Gilles Villeneuve in de laatste ronden als derde op het podium eindigen.
Hierna zullen ook andere constructeurs zoals Ferrari en BMW met turbomotoren op de proppen komen en jammer genoeg voor Renault zullen ze nooit kampioen worden met een turbomotor in de F1. In 1983 zijn Prost en Renault er het dichtste bij maar Nelson Piquet, Bernie Ecclestone , Gordon Murray, Paul Rosche, Brabham en BMW hebben toen een stok in hun wielen gestoken. Hiervoor verwijzen wij naar ons artikel : De Brabhams van Mr E .
Artikel & Foto’s: Joris de Cock.