Het is inderdaad een halve eeuw geleden dat de Oldtimer Grand Prix op de Nürburgring het levenslicht zag. Het begon kleinschalig als de “Nürburgring Show” en groeide uit tot één van de classic topevenementen op Europees niveau. Het werd in de loop der jaren een beetje “Klassieker onder de klassieks” wat betreft de circuit gerelateerde organisaties.
Het is op de OGP dat je moet zijn voor de typische “Duitse” reeksen zoals de DRM en DTM. We waren in het verleden regelmatig aanwezig en u kan onze verslagen terugvinden via onze zoekmachine door Nurburging in te geven en de edities 44/45/46/47 en 49 komen vanzelf tevoorschijn.
De vijftigste verjaardag was wel wat in mineur begonnen. De Engelse organisator van de Masters Reeks had er dit jaar voor geopteerd om de OGP niet meer in zijn programma op te nemen. Ze hadden begin mei het circuit van Hockenheim gekozen voor hun Duitse uitstap. Spijtig want zo konden de toeschouwers niet meer genieten van de historische F1 en Sportscar wedstrijden. Ook de Masters Endurence Legends kwamen op deze manier niet meer aan de start. Wel jammer want dit was toch altijd een groot deel van het programma.
De Grand Prix Cars Association met auto’s tot 1965 en de Formule Lurani waren wel aanwezig en bijkomend had de organisator voor een Formule 2 en 3 wedstrijd gezorgd. Om het verlies van de F1 te compenseren was er een demo met F1 auto’s.
Naast de OGP was er nog iemand die 50 kaarsjes mocht uitblazen. We hadden dit ook al gemeld in vorige berichtgeving dat Uli Sauer met zijn BMW 328 had deelgenomen aan al alle edities van de OGP.
De ondertussen 81 jaar jonge Uli was er dit jaar opnieuw bij met zijn witte BMW en werd gevierd voor zijn vijftigste deelname.
Hij kreeg van de organisator een zilveren bord met de afbeelding van zijn 328. Op het zelfde tijdstip werd er ook een esdoorn boom geplant. Dit is een grote eer op de Nürburgring. Normaal krijgen enkel grote kampioenen zoals bv Michael Schumacher of Bernd Schneider zo’n boom voor hun prestaties.
Deze esdoorn boom werd geplant net voor de ingang van de oude historische paddock waar de BMW van Uli telkens zijn vaste plaats vindt bij zijn deelnames.
DRM REVIVAL
We hadden het al vermeld: het is voor de typische Duitse reeksen dat je de OGP moet bezoeken. De DRM met de grote, dikke en overwegend Duitse auto’s was ongetwijfeld de hoofdaffiche dit jaar.
En ook de eigenaars van dergelijke auto’s waren massaal aanwezig wat zorgde voor een compleet uitverkocht startveld met auto’s van Porsche, BMW, Ford, Opel, Alfa Romeo en zelfs een De Tomaso Pantera. Het was de eerste keer dat we deze, toch wel vrij imposante, groep 5 De Tomaso na lange tijd nog eens in actie zagen. De Italiaan heeft ooit deelgenomen aan het WK van 1979 maar was daar niet echt succesvol.
Naast deze Pantera zien we voor het eerst drie exemplaren van de Ford Capri Zakspeed turbo op het appel. Naast de gekende zwarte Wurth van Mücke zijn er twee extra stuks in Sachs uitvoering die ooit door Harald Ertl werden gereden. De ene komt terug uit zijn pensioen na een lang verblijf in een museum en de andere was na zijn circuitloopbaan in het heuvelklim kampioenschap beland.
Ook een nieuwkomer is de Kremer Porsche 935 K3 in Mambo uitvoering uit het DRM van 1979. Klaus Ludwig reed met dit exemplaar de twee helft van het seizoen en de K3 was in die periode onklopbaar.
Er staan twee wedstrijden op het programma. Eén op zaterdagavond en een tweede op zondagmorgen. De zaterdag wedstrijd is er eentje om duimen en vingers af te likken. Er wordt gestreden alsof het een wedstrijd met veel prijzengeld. Nochtans was dit zeker niet het geval.
De Capri van Mücke is zoals altijd een tikkeltje sneller dan de rest. In de eerste ronden kunnen de Pantera en één van de Sachs exemplaren nog volgen maar langzaam maar zeker wordt de afstand groter. Vooraan is er dus weinig spanning.
Deze komt wel van de Mampe Porsche 935 en de BMW 320i Schnitzer turbo van onze landgenoot Eric Qvick die voor de gelegenheid team vormde met Audi fabriekspiloot Frank Stippler. Stippler had de eer om de eerste wedstrijd af te werken. Na enkele kleine probleempjes in de kwalificatie stond de BMW iets verder op de startgrid. In een mum van tijd had hij wel de aansluiting gevonden met de Porsche.
Beide piloten leverden een fantastisch duel in het licht van een prachtige avondzon. Op de rechte stukken was de Porsche sneller maar in de bochten zat de BMW er altijd terug naast. Met véél vuurwerk ( figuurlijk en letterlijk ) animeerden ze de toch nog vele aanwezige toeschouwers op de tribunes.
De Porsche van Busch was duidelijk sneller maar de piloot in de BMW was dan weer duidelijk beter en zo ging het negen ronden verder.
Vier ronden voor het einde van de wedstrijd moest de Porsche, met technische problemen, de handdoek gooien. De Mambo zal ook niet meer verschijnen voor de tweede wedstrijd op zondag.
Zonder verrassing wordt Mücke winnaar en dit toch wel wat verrassend voor de De Tomaso Pantera van Kelleners. Derde is de Sachs Capri van Stursberg die net voor de Qvick BMW eindigt van Stippler.
Voor de zondagwedstrijd moeten de heren al vroeg uit de veren. Opnieuw is het een spannende koers. En deze keer is het de De Tomaso van Kelleners die zowaar de winst kan pakken met vijf seconden voorsprong op de Capri van Mücke. Derde wordt de Sachs Capri van Schermsal.
De BMW 320i turbo van Qvick eindigt op P5 net achter de BMW M1 van Kammermann. Beide BMW’s waren een groot deel van de wedstrijd met mekaar in gevecht.
Deze beide DRM Revival wedstrijden waren zonder twijfel het hoogtepunt van het weekend met prachtige en héél diverse auto’s. Ze zorgden ook voor véél spektakel en de toeschouwers waren héél tevreden.
Frank Stippler kwam zelfs na de eerste wedstrijd, als bedanking, het aanwezige publiek begroeten op de tribunes.
Ook de vele verschillende auto’s, waarvan er enkele toch wel unieke exemplaren, zorgden voor vele mooie momenten.
JUNGHANS UURWERK
Niet echt mijn specialiteit op onze redactie maar uitzonderlijk stellen we u toch een uurwerk voor dat ter gelegenheid van de 50e AVD Oldtimer Grand Prix door sponsor Junghans werd geproduceerd.
Het model werd reeds in 1972 uitgebracht en voor het vijftig jarig jubileum was er een nieuwe gelimiteerde oplage van 50 stuks. Er was keuze tussen een witte en zwarte wijzerplaat. De uurwerken werden ter plaatse op de Junghans stand verkocht. Tegen vrijdag middag hadden ze allemaal al een nieuwe eigenaar gevonden.
Op de Junghans stand stond ook een Maurer BMW Formule 2 uit de Stein collectie waarmee ooit, het véél te vroeg overleden Duitse supertalent, Stefan Bellof zijn ticket naar de Formule 1 verdiende.
FORMULE 2
Een reeks die er als vervanger bijkwam in de plaats van de Formule 1 moest één van de blikvangers van de meeting worden. Maar dat was niet echt het geval met slechts acht starters. Deze Formule 2 was in de jaren 70 en 80 de opstapklasse naar de Formule 1.
Onder de weinige deelnemers vonden we toch een ex Hesketh March 712 van 1971 waarmee James Hunt ooit nog mee heeft gereden. Onlangs hebben we het boek over de geschiedenis van Hesketh nog voorgesteld. Over deze Porter Press editie kan u hier alle info vinden.
Er was ook een Ralt RT1 BMW van de betreurde Manfred Winkelhock. Jammer genoeg kwam deze Ralt op zondag in aanraking met de vangrails met nogal wat schade.
Toch is de strijd voor de eerste plaats nog wel spannend. Kaufmann wint aan het stuur van zijn March 782 met 0.844 voorsprong op een 772 March exemplaar van Watts.
Onze landgenoot Marc Devis is met zijn March 782 BMW Junior Team derde op elf seconden.
FORMULE 1 EN FORMULE 2 DEMO
Deze demo moest het alternatief worden voor de afwezigheid van de Formule 1 wagens. Maar deze opzet is niet echt gelukt. Er was slechts één F1 wagen met een vrij onbekende Rial van het Duitse team van Gunther Schmid.
Er was wel een Ferrari “Sharknose” replica maar die kom je tegenwoordig overal tegen en nog een Maurer BMW Formule 2. Deze demo was niet echt een waardige vervanger voor de afwezigheid van de Formule 1 Masters reeks. Volgend jaar zullen ze toch met iets beters moeten komen.
FORMULE 3
Dit was ook een nieuwe reeks en de deelnemerslijst was toch gelukkig iets groter dan bij de Formule 2 collega’s maar toch was er nog plaats voor een extra aantal kleine proto’s, zoals een Tiga of Swift, met een identieke motorisatie.
Het verschil tussen de oudste deelnemer, een Lotus van 1971 of een Dallara van 1990 is toch wel indrukwekkend. Op het programma twee wedstrijden van twintig minuten.
In de eerste manche was de winst voor Alexander Weiss ( Reyard 873 Alfa ) voor Valerio Leone ( Dallara F 390 Alfa ) en Stephan Lechine ( Reynard F 389 VW ). Heel spannend was het in de tweede wedstrijd waarin Weiss opnieuw de zege behaalde. Hij kwam met 0.753 sec voorsprong aan de finishvlag voor de Dallara Alfa van Alberto Scilla. Volker Böhm behaalde met een zelfde auto de derde plaats.
HISTORIC GRAND PRIX CARS
Deze pre Formule 1 reeks heeft zowel oudere deelnemers waarin de motor vooraan zit zoals bv een Maserati 250F en auto’s die de motor achteraan hebben zoals de Coopers, BRM’s of Lotussen.
De organisatie had deze keer beslist om deze twee categorieën elk een aparte wedstrijd te laten rijden op zaterdag. Op zondag mochten ze dan weer samen rijden.
De Amerikaanse Scarab Offenhauser van Mark Shaw is op zaterdag bij de oudere modellen sneller dan de twee Maserati 250F’s van John Spiers en Josef Otto. Dit is eigenlijk geen slecht idee om deze reeksen te splitsen. Zo komen deze auto’s die normaal meestal achteraan rijden ook eens positief naar voor.
En de Mark is in form want hij wint zowaar ook de wedstrijd voor auto’s met de motor achteraan. Hij moet er wel iets meer voor strijden met zijn Lotus 21 en komt zij en zij over de eindmeet naast de Cooper T53 van Will Nuthal. De BRM P 261 van Philipp Buhofer eindigt net achter beide kemphanen.
In de wedstrijd op zondag moet Mark uiteraard kiezen tussen één van zijn beide auto’s. Hij opteert voor de snellere Lotus 21. Opnieuw is hij in gevecht voor de overwinning maar deze keer moet hij de winst aan de Cooper van Will Nuthall laten.
LURIANI TROPHY
En Mark heeft ook de Lurani Trophy op zijn programma staan. Hieraan neemt hij deel met een Brabham BT 26 maar meer dan een vijfde plaats in de eerste wedstrijd zit er niet in.
Beide koersen zijn een Lotus onderonsje met telkens een volledig podium met auto’s uit Hethel. De overwinning gaat in beide wedstrijden naar Horatio Fitz-Simon met zijn model 22.
Onder de deelnemers zagen we deze Osca FJ, zowat een “mini” Maserati 250F die enkel in de eerste wedstrijd mee reed. Wel een mooie verschijning en de link Osca/Maserati is uiteraard héél duidelijk.
CANAM & SPORTSCARS
Vorig jaar was dit nog een topwedstijd van het programma met zelfs een deelname van een CanAm Porsche 917/10 turbo. Deze unieke auto kan u via deze link opnieuw bekijken Deze keer was het startveld een stuk kleiner met slechts twintig starters.
Toch zijn het twee spannende wedstrijden waarbij de verschillen voor het podium héél miniem zijn. Georg Hallu wint ze wel allebei in zijn Lola met minder dan een seconde voorsprong op Silvio Kalb en Gianluigi Candiani. Pechvogel was Olaf Manthey die zijn allereerste ooit gebouwde Manthey Porsche 997 na een uitwijkmanoeuvre in de muur zette van de pitlane. Gelukkig zonder gevolgen voor de piloot maar zijn Porsche was zwaar beschadigd.
MOTOR KLASSIK LEZERS PARADE
Hoofdsponsor Motor Klassik is traditioneel trouw op post met hun grote tent waarin normaal elk jaar een expo plaats vindt. Deze keer geen expo en enkel de BMW 328 van Uli Sauer was er tentoon gesteld.
En als vaste traditie was er ook hun koffie met de editie 23 koffietas. En ook hun vele lezers die hadden ingeschreven voor de parade waarin ze met hun eigen old- of youngtimer konden deelnemen.
Zoals elk jaar een héél divers en enorm deelnemersveld met grote verschillen tussen de auto’s.
FERRARI CLUB DUITSLAND
De Duitse Ferrari club is nog altijd één van de vaste deelnemers aan de OGP. Hun wedstrijden zijn voorbehouden aan Ferrari en Maserati producten.
Wel waren er minder deelnemers dan bij de vorige edities. Onder deze was er wel één van de 19 ooit door Michelotto gebouwde F40 LM auto’s. Zeker een uniek stuk maar jammer genoeg kwam hij niet in actie.
In deze reeks zijn de GT3 modellen vanzelfsprekend heer en meester en we zien enkel GT3’s op het podium. De overwinning gaat in beide wedstrijden naar de 488 GT3 Evo van Axel Sartingen.
Deze “sloeber” met zijn “Ferrari Huracan Super Trofeo Evo” eindigde in beide wedstrijden op de vierde plaats. Het is ons nog altijd een raadsel hoe hij aan een ticket voor deze reeks is geraakt.
Naast deze “sloeber” en het Ferrari geweld was er nog de deelname van een Maserati Barchetta. Deze toch vrij zeldzame Maserati werd gebouwd voor een merkencup ( Grandtrofeo Barchetta ). Zestien exemplaren werden hiervoor gebouwd en mochten in 1992 en 1993 aan deze cup deelnemen. Met zijn bescheiden 2 liter V6 motor is deze Barchetta niet opgewassen tegen de auto’s van de collega’s uit Maranello.
VINTAGE NURBURGRING
De oudjes van deze meeting vinden we elk jaar terug in de oude historische paddock van de Nürburgring. Deze vooroorlogse modellen zijn altijd een belangrijke klasse geweest in de OGP organisatie.
En deze keer waren ze echt met héél véél deelnemers. Voor de eerste keer was er ook geen wedstrijd meer aan verbonden. Vroeger moesten deze “ouwe mannen” een regelmatigheidsrit uitvoeren. Dat was deze keer afgevoerd en ze konden naar hartenlust rondtoeren op zowel de nieuwe als op de oude Nürburgring. En ja de Nordschleife is uiteraard de plaats waar deze auto’s echt tot hun recht komen.
Ze mochten ook drie manches rijden op de nieuwe Nürburgring die telkens werden voorafgegaan door een “Le Mans start” waarbij de piloten eerst naar hun auto moesten lopen alvorens ze konden vertrekken. Maar om veiligheidsredenen was dit enkel een showstart. De auto’s werden opgevangen door een Safety Car die ze dan naar de echte start loodste.
En de “fine fleurs” van toen waren bijna allemaal aanwezig met auto’s zoals de BMW 328, Bentley Speed Six of Blower, Alfa Romeo 6C, Lagonda 16/80, Mercedes-Benz SSK of 720 SKL, Veritas BMW RS, Alvis Firefly, MG ND of een Riley 15/16. Verschillende modellen waren zelfs in meerdere exemplaren aan de start. Van de BMW 328 waren er zelfs 5 stuks van de ooit 464 gebouwde exeplaren.
Aan de kop van dit veld reed uiteraard de BMW 328 met startnummer 1 van Ulrich Sauer die samen met zijn kleindochter de meute op gang trok. Ook zoon Martin nam met een zelfde auto deel aan deze parade.
Nu waren er toch wel enkele deelnemers die het iets heftiger deden zoals de piloot van deze groene BMW 328.
DUNLOP GENTLE DRIVERS PRE 1965 TROPHY
De eerste van twee Dunlop Trophy’s was er één voor auto’s tot 1965. We zagen een héél divers startveld met proto’s zoals Lotus 23 of Elva MK VII, GT’s zoals de Porsche 356 en zelfs de allereerste 911 modellen, een Shelby Cobra en toerwagens zoals een Chevrolet Camaro, Ford Mustang en zelfs een Volvo P122. Met iets minder dan vijftig deelnemers was dit zeker een heel mooie reeks.
Het zijn vanzelfsprekend de proto’s die vechten voor de winst en deze gaat in beide manches naar de Lotus 23 van Felix Haase voor die Georg Hallau kan voorblijven die eveneens aan het stuur zit van een identieke Lotus.
De derde plaats is er, ook twee keer, voor de Shelby Cobra van het duo Kolb/Stippler. Het spektakel werd onder meer verzorgd door de piloot van deze Porsche 911 die dwars door de meeste bochten schoof.
DUNLOP FHR HTGT TROPHY
De tweede Dunlop Trophy heeft zowaar nog meer deelnemers dan de vorige met 60 starters. Hier zijn het de iets jongere collega’s die mogen deelnemen met auto’s tot 1981. Opnieuw een héél divers startveld met uiteraard veel Duitse auto’s zoals een Porsche 910 en opnieuw de 911 of 914/6, BMW 2002, 30CSL, 635CSi en M1 en zelfs een Opel Monza. En er was ook tegenstand uit Italië die van Alfa Romeo kwam met verschillende 1750 GT en een Alfa Sud.
In plaats van twee wedstrijden van een half uur is er bij deze Trophy slechts één wedstrijd. Deze heeft wel een duurtijd van 65 minuten.
Het is ook de enige van het weekend die in natte omstandigheden werd betwist en eindigt, een beetje zoals in de F1, met een pak straftijden voor inbreuken. Het volledige podium is voor Porsche met twee 911 RS modellen op P1 en P2. Lars Rolner en Patrick Simon eindigen 6 seconden voor collega’s Anette Raus en Pierre-Alain Thibaut.
TOURENWAGEN GOLDENE ÄRA
Met deze nieuw reeks kon u al kennis maken in ons verslag van de Zolder Historic Grand Prix. Van het toenmalig kleine startveld in Zolder was er hier helemaal geen sprake. Met 60 stuks was het een volledig uitverkochte zaak.
Waar er vorig jaar in de DTM Classic enkel auto’s werden toegelaten die aan het toenmalig DTM, Groep A of Super Tourer regelement voldeden mogen nu ook de WTCC auto’s opnieuw meedoen.
En zoals altijd op de OGP waren er mooie exemplaren aanwezig. De jaren 80 en 90 waren voor de toerenwagensport zeker hoogdagen. Met de Europese kampioenschappen, één wereldkampioenschap, de DTM, het BTCC en zelfs ons eigen Belgian Procar kampioenschap waren hiervan het bewijs met constructeurs die enorme budgetten spendeerden.
De BMW M3 E30 is zonder twijfel de meest succesvolle toerwagen ooit en ze waren ook talrijk aanwezig maar ook de opvolgers zoals de 320i STW, of 320i WTCC en M3 zorgden dat één derde van het startveld uit München kwam.
Concurrentie kwam er uit Keulen met de Ford Sierra RS 500 Cosworth en de Mondeo STW.
Uit Stuttgart enkele Mercedes 190E Evo’s en ook uit Ingolstadt waren er enkele Audi’s zoals de 200 turbo en een A4 STW.
Ook Russelheim deed mee met de Opel Ascona 400 modellen en dat deze oorspronkelijk was ontwikkeld voor het wk rally was bij deze wel héél duidelijk.
Maar ook hun STW modellen van de Astra waren erbij. Enkele wel met een Vauxhall embleem uit het BTCC. En er staat dan wel Vauxhall op maar van binnen is het een 100% Opel.
Maar al deze vaste klanten moeten het in de kwalificaties wel afleggen tegen gastrijder Michael Kammermann die met zijn BMW 30CSL de pole binnen haalt. Nu is een BMW 30 CSL wel eerder een deelnemer voor de DRM Revival maar soit. Hij haalt het met 77 duizendsten voorsprong op de Schnitzer BMW 320i van Yannick Trautwein die zelf 3 duizendsten sneller is dan de Ford Sierra van ex DTM rijder Roland Asch. Ook collega Kurt Thiim neemt deel met een Volvo 240 turbo maar die heeft elf seconden meer nodig heeft voor één rondje Nürburgring.
Nog meer bekenden met Olaf Manthey ( Manthey Racing Porsche ) en Kris Nissen met een BMW M3.
Net zoals vorig jaar in de DTM Classic wedstrijd werd er ook in deze nieuwe formule hevig gestreden en dit niet enkel aan de kop van de wedstrijd maar ook in het bijna volledige veld.
Af en toe ging het dan ook wel eens mis met enkele uitschuivers zoals bij deze ex Thierry Boutsen Eggenberger STW Ford Mondeo.
Een opgemerkte gast in deze reeks was de bijna legendarische Opel Manta van Hans Olaf Beckman. Deze is beter bekend als de “Fuchsschwanze Manta” of de Manta met de vossenstaart. Deze staart is een typisch kenmerk van deze Opel en hangt elk jaar op zijn vaste plaats aan de radioantenne tijdens de enige wedsstrijd waaraan hij normaal meedoet: de 24u van de Nürburgring.
Het was dus een grote verrassing dat deze Manta ook deelnam aan deze OGP wedstrijd.
De Manta kreeg bij onze Oosterburen een cultstatus door zijn deelnames aan de 24 uren marathon op de Nordschleife. Het ging zelfs zo ver dat toen de homologatie van de Opel verliep en van verdere deelnames geen sprake meer kon zijn, er een petitie werd opgestart onder de 24u fans. En die zijn elk jaar met velen en konden zo de organisatie overtuigen om toch voor deze auto een uitzondering te maken.
En de status is nog steeds stijgend want nadat de Manta vorig jaar voor een groot gedeelte was afgebrand in de werkplaats, bouwde de ondertussen toch al op leeftijd zijnde Olaf Beckmann deze terug op. De door de FIA verplichte lithium-ion accu had vuur gevat. Dus dit probleem is er niet uitsluitend bij elektrische auto’s. Bij een oude auto met een lithium accu is het risico bijna even groot.
Beckman reed mee onder het olympische motto: deelnemen is belangrijker dan winnen en vertoefde bijna gans de wedstrijd in de achterste regionen. Hij kwam met meer dan twee ronden achterstand na de winnaar over de eindstreep.
Deze winnaar was in de beide wedstrijden de vuurspuwende BMW 30 CSL van Michael Kammermann.
De strijd met de collega BMW 320i STW van Schnitzer rijder Yannik Trautwein was bij momenten héél intens maar den bompa kon toch net voor de kleinzoon eindigen. De derde plaats was twee keer voor de Ford Sierra Cosworth RS 500 van Paul Mensley.
Lijkt misschien wat saai met twee keer een zelfde podium maar dat was het zeker niet. In de eerste wedstrijd had Mensley zich helemaal door het veld naar voor moeten knokken en in de tweede koers lag hij twee bochten voor het einde op P2. Een misschien iets te laat uitgevoerd uitremmanoeuvre voor P1 liep een beetje fout en de Ford kwam in het gras terecht. Hiervan profiteerde Trautwein dan weer om een plaatsje terug op te schuiven.
De vijftigste editie van de OGP had zowel hoogte- als laagtepunten. De topwedstrijden met hun typische Duitse reeksen waren fantastisch. Zowel de DRM als de Golden Ära Tourenwagen waren zeker de hoogtepunten van het weekend. En tijdens deze wedstrijden zaten de tribunes dan ook overvol met vooral Duitse autosportfans.
Maar ook beide Dunlop Trophy’s en de vooroorlogse reeks waren toppers.
De Formule 2 wedstrijd ( met slechts 8 deelnemers ) en de Formule 1 demo waren dan weer de tegenvallers. De jarenlange vaste Masters F1 wedstrijd is zeker een gemis in dit programma. Ook de Canam en Sportscar wedstrijd was na de topeditie van vorig jaar maar flauw bezet. Ook de algemene sfeer in de paddock was deze editie toch wel duidelijk minder en we hadden voor deze 50e verjaardag toch wel iets meer verwacht.
Maar de Nürburgring blijft een mytische plaats om te bezoeken en als je fan bent van de Duitse toerenwagens is deze OGP zeker een bezoek meer dan waard. De organisatie zal wel eens goed moeten nadenken hoe het in de toekomst wel beter kan zodat de gevraagde inkomprijs evenredig is met het geboden spektakel.