Februari is traditiegetrouw Rétromobilemaand voor menig classic liefhebber. Parijs is the place to be en meer bepaald de paviljoenen aan de Porte de Versaille. Dit jaar hadden de organisatoren de totale oppervlakte uitgebreid tot 65.000 vierkante meter verdeeld over drie zalen.
Hierin vonden meer dan 500 exposanten en 120 clubs onderdak. Rétromobile is ondertussen al aan zijn 42 editie toe en blijft een wereldtopper op dit vlak. Het is zeker niet de grootste classicbeurs maar wel de meest stijlvolle waar de mooiste standen en auto’s mekaar opvolgen. Het aanbod is zelfs zo groot dat je bijna op één dag niet rondgeraakt om alles te zien. Eén beursdag Rétrombile kan je gerust vergelijken met topsport. Al dit moois lokte 118.000 bezoekers wat een stijging van 8% vertegenwoordigde tov 2016.
Eén van de grote thema’s was de 70 jarige verjaardag van Ferrari. Verdeeld In twee grote standen stonden vonden we prachtexemplaren : 166 MM barchetta, 500 TRC, 250 SWB, 500 F2, 250 LM, 250 GT en de 275 GTB. De 166 MM was de originele winnaar van de eerste naoorlogse 24 uren van Le Mans in 1949. Luigi Chinetti – de Amerikaanse Ferrari importeur – nam deel met zijn eigen NART team en zat zelf 20 uur aan het stuur. Dat waren toen nog echte mannen. Van een prestatie gesproken. Deze wagen was uitgeleend door het ACO Museum van de 24u van Le Mans. Andere exemplaren kwamen dan weer van het Cité de l’automobile te Mulhouse.Een tweede Ferrari tentoonstelling omvatte dan weer een reeks Formule wagens tussen 1965 en 1974. Vanaf de 166 F2 via verschillende 312 B3 modellen waaronder ook de heel speciale Spazzaneve uitvoering tot aan de eerste 312T van 1974. Op deze wagens prijkten de namen van bekende piloten als Ickx, Regazzoni, Andretti, Merzario en Amon.Voldoende Ferrari ? Nee hoor. Bij de handelaars zagen we naast de traditionele Dino’s, Testarossa’s, Maranello’s en 328 modellen toch ook een paar uitschieters. Girardo & Co bood een Maranello GT1 van Prodive te koop met een uitgebreide racegeschiedenis. Zo heeft deze wagen onder meer deelgenomen aan de 24u van Le Mans met de bekende rallypiloot Colin Mcrae aan het stuur. Samen met Darren Turner en Ryckard Rydell wisten ze beslag te leggen op de derde plaats in het GT klassement. Bij Fisken zagen we een 312 T5 Formule 1 wagen staan van Carlos Reutemann en op de veiling van Artcurial werd een Pininfarina prototype van een Dino afgehamerd op 3,8 miljoen euro. Een uniek exemplaar dat geveild zal worden door op Pebble Beach door RM vonden we bij RM. Een 166 MM/212 Uovo. Het door een beeldhouwer ontworpen model werd door koetswerkbouwer Fontana gerealiseerd en werd gebruikt om aan deel te nemen aan wedstrijden. Zo lag deze eivormige Ferrari aan de leiding van de Mille Milglia in 1951 toen hij de strijd moest staken. Een speciaal en uniek model.Een tweede groot thema was 30 jaar Groep B auto’s. Deze rallymonsters die uiteindelijk verbannen werden wegens te snel en te gevaarlijk doen menig rallyliefhebber nog altijd het water uit de mond vloeien. De brug tussen pavilion 1 en 2 stond er volledig mee vol beginnende met de Audi Quattro S1.Een Ford RS 200, Peugeot 205 T16 Evo, MG Metro in Belga uitvoering, Opel Rothmans 400, Ferrari 308 GTB Valentino, de Martini Lancia’s 037 en S4, Mazda RX7, Nissan 240 RS, Renault R5 Maxi Turbo en een exemplaar van de Citroën BX 4X4. Indien er een prijs zou geweest voor de lelijkste auto van het salon kwam deze zeker hiervoor in aanmerking. Wat de rest betreft: prachtige, imposante auto’s.Als derde thema zagen we 20 Aston Martins die onder leiding van de toenmalige grote baas David Brown ( DB ) het levenslicht zagen. Alle versies van DB1 tot 6 en de eerste Vantage waren aanwezig. Als buitenbeentje zagen we de DB4 GT Zagato en zelfs James Bond was aanwezig met één van de DB5’s die in de films van Goldfinger en Thunderball werden gebruikt. Enig minpunt op deze stand was dat er iets te veel auto’s stonden voor het beschikbare oppervlak. Het leek meer op een verkoopsstand ipv een expo.Horlogemaker Richard Mille zorgde voor het vierde thema met 6 experimentele Formule 1 wagens. In de jaren 60 en 70 werd er volop gezocht naar nieuwe methodes om de wagens sneller te maken en zo ontstaan er verschillende F1 met vierwielaandrijving en zelfs enkele met 6 wielen. Om betere grip te krijgen met het wegdek besloot men de 4 wielen aan te drijven. Cosworth, Mclaren, BRM en Lotus proberen dit uit maar de wagens zijn te zwaar en niet wendbaar genoeg en verdwijnen snel terug naar de ateliers waar ze dan meestal in een hoekje zullen blijven staan. Tyrrell ontwierp voor het seizoen van 1976 de P34 die twee kleine voorwielen had van 10 duim en was er toen redelijk succesvol mee. Ze reden eigenlijk altijd mee vooraan en haalden zelfs in de GP van Zweden een eerste overwinning. De wagen werd ook nog gebruikt in 1977 maar omdat bandenfabrikant Goodyear geen ontwikkelingen doorvoerde op de kleine voorwielbanden werd het project eind van dat jaar stopgezet. Een March 240 sluit hier het rijtje en deze had als unicum 4 achterwielen. Deze zou nooit een GP betwisten. Eén exemplaar werd later verkocht om deel te nemen aan klimwedstrijden en had daar wel wat succes.Traditiegetrouw zijn ook de Franse constructeurs met mooie standen aanwezig. Hierbij spant toch wel Renault Classic het voortouw met drie mooie tentoonstellingen. Eén met een algemeen overzicht van hun collectie waar we een unieke conceptcar van de Laguna zagen staan en een prachtige R5 turbo van de eerste serie. Verder hadden ze een expo met al hun turbo modellen van de jaren 80 en ook aan de wedergeboorte van Alpine was gedacht met enkel witte modellen in de tentoonstelling.Jaguar en Land Rover Classic presenteerden twee wedergeboortes: bij Jaguar stond één exemplaar van de nieuwe reeks van negen XKSS modellen. Deze nieuwe oplage van negen vervolledigd de reeks van 25 stuks die in 1957 op de planning stonden maar door een brand in de fabriek zijn de laatste 9 stuks samen met het gebouw in rook opgegaan. De wagen is gebaseerd op de fameuze D type die drie maal de 24u van Le Mans heeft gewonnen. Binnenkort wordt er trouwens één van de 16 originele versies geveild door Gooding tijdens het concours van Amelia Island. Met een estimate tussen de 15 en 17 miljoen euro zou dit weleens de duurste Engelse Auto kunnen worden die ooit verkocht werd. Een nieuw exemplaar zou tussen de 1,5 en 2 miljoen euro kosten. U hoeft zich niet te haasten om er één te gaan bestellen want ze zijn ondertussen alle negen al lang verkocht. Range Rover volgt ook deze trend met een Reborn reeks van hun eerste model. Hierbij worden bestaande modellen terug in nieuwstaat gebracht. Een eerste exemplaar stond ook op hun stand. Prijzen vanaf 157.000 euro.
Ook Mercedes en Porsche zijn jaarlijks van de partij. Mercedes met een 300 SL van de Carrera Panamericana, een 540K, een C111 prototype en een 450 SLC 5.0 Rally. Porsche van zijn kant hield het bij één model en herdacht de 40 jarige verjaardag van de 928 en hiermee hadden ze jammer genoeg enkel wagens van dit type op hun stand. Een uniek stuk was wel de breakversie die ze hadden gemaakt voor Ferry Porsche zijn vijfenzeventigste verjaardag.Buiten de grote aantallen exclusieve classic cars zijn er ook tal van andere exposanten en verkopers aanwezig. Zo vind u een groot aantal verkopers van specifieke autoboeken en magazine’s. Maar ook de modelbouwliefhebbers komen aan hun trekken. Zo zien we elk jaar tal van pareltjes zoals de maquette op bovenstaande foto. Geloof me, veel beter dan deze komen ze niet hoor!
Ook de standen van de handelaars zijn altijd de moeite op Rétromobile. Zo presenteerde Luckan Hüni een indrukwekkende reeks Bugatti’s en Bentleys. Mooi hierbij was dat het hier niet enkel om wagens ging die te koop stonden maar er waren ook exemplaren bij die enkel voor de expositie waren. Zo troffen we de derde Bugatti Type 57SC Atlantic aan. Eén van de mooiste Bugatti’s die ooit gebouwd werden. Geschatte waarde +/- 40.000.000 miljoen dollar en dat staat dan op 50 cm van de bezoekers. Dit is trouwens één van de grootste troeven van Rétromobile, sublieme auto’s in grote aantallen. Zo zagen we nog een Delahaye 135 M Figoni en een prototype van een Voisin C28 Aérosport 1935 naast mekaar staan. Twee tot de verbeelding sprekende wagens die je enkel op Rétromobile in Parijs tegen komt.In 1927 beheerste het Franse merk Delage de toenmalige grand prix wereld met zijn 1500 GP modellen. 6 stuks werden van dit type gebouwd. Retromobile bracht voor de eerste keer in de geschiedenis alle zes exemplaren samen in één expo. Nummer 6 van de reeks werd speciaal overgebracht vanuit het Mullin Museum uit Amerika. Een must voor liefhebbers van vooroorlogse racewagens.Nog een pareltje was bovenstaande Maserati Tipo 420/M/58 ‘Eldorado’ waarmee Sir Stirling Moss in 1958 aan de start kwam voor de 500 Miglia ook gekend als de “Race of Two Worlds” op het circuit van Monza. Deze auto’s die normaal in Indianapolis reden kwamen toen voor het eerst naar Europa. De Eldorado was gebouwd op het chassis van een Maserati 250F die werd uitgerust met een V8 uit de 450 S Sportscar. In het evenement dat over drie heats verdeeld was, eindigde Sir Stirling als vierde en vijfde. In de derde heat viel hij echter uit. De 420M/58 Eldorado was trouwens de laatste eenzitter die door het Italiaanse merk gebouwd werd.
Als U ooit de kans hebt om Rétromobile te bezoeken, zeker doen en er dan misschien best twee dagen voor uittrekken. Er staat eenvoudig weg te veel mooi materiaal om alles goed op één dag te kunnen bekijken. Wij zijn volgend jaar zeker weer van de partij.
Foto’s en verslag Joris de Cock & Patrick Verheeken.