Antwerp Classic Salon, het fijnste dat Vlaanderen te bieden heeft.

Op 2, 3 en 4 maart vindt het 41é Antwerp Classic Salon plaats. Wij waren ter plaatse op vrijdag, een dag waarvan we dachten dat door de barre weersomstandigheden het eerder rustig zou zijn. Niet dus! Hiermee is dan ook ineens duidelijk gesteld dat een classic car liefhebber zich niet laat afstoppen door wat sneeuw of ijzel.Zoals de vorige jaren waren er ook nu 4 hallen gevuld met classic cars, memorabilia, onderdelen, boeken enz… Er zijn 350 exposanten aanwezig uit veertien landen. Als centraal thema is dit jaar gekozen voor de 24 uren van Le Mans en het was snoepen van de talrijk tentoongestelde wagens die in het verleden hebben deelgenomen aan één of meerdere edities van deze tot de verbeelding sprekende race.

De 24 uren van Le Mans behoort dan ook tot de oudste en beroemdste autoraces ter wereld. Samen met de F1 Grand Prix van Monaco en de 500 mijlen van Indianapolis vormen de 24 uren van Le Mans voor menig raceliefhebber de absolute hoogtepunten van het jaar.

Het Antwerp Classic Salon is er in geslaagd een mooie mix van deelnemende auto’s te verzamelen. Een aantal zijn zeker gekend bij het grote publiek maar er staan diverse wagens waarvan de grote meerderheid wellicht niet weet dat ook deze auto’s hebben meegedaan en zelfs succesvol waren.

Zo ook deze prachtige Porsche 550 RS 1500 Le Mans Coupe die in 1953 deelnam met als piloten Richard Franenberg en onze Paul Frère.

Of deze Talbot-Lago T26GS uit 1949, zijn deelname in 1950 met piloten Pierre Meyrat en Guy Mairesse (ook een Belg trouwens) resulteerde in een algemeen 2é plaats.

Er zijn ook dit jaar weer een paar merken of autotypes die een verjaardag te vieren hebben, wellicht minder imposant dan Ferrari vorig jaar maar toch ook het vermelden waard.

Zo vierde de Citroën 2CV zijn 70é verjaardag. Het initiële lastenboek voor de 2CV was best grappig want de auto moest geschikt zijn om over het ruige Franse platteland te kunnen rijden en daar werden wel wat eisen aan gesteld. Zo moest de 2CV in staat zijn om 2 boeren samen met 50kgr aardappelen of een schaap of 50 liter wijn te vervoeren. De auto moest ook erg comfortabel zijn want de eieren die in een mand op de voorbank stonden mochten niet breken wanneer de auto over een stuk omgeploegd land zou rijden. Verder moest de auto ook zuinig zijn, goedkoop en eenvoudig te bedienen. De hedendaagse autoconstructeurs zouden zweten denk ik. In april is er trouwens in Autoworld een tentoonstelling speciaal aan deze verjaardag gewijd.

En het lijkt wel of ze allemaal rond de 70 jaar oud zijn want ook de Porsche 356 mag 70 kaarsjes uitblazen. De basis voor deze eerste productiewagen van Porsche is wel al gelegd in 1939. De toen reeds ontwikkelde techniek is ingebouwd in het 356 prototype dat in 1948 in het Oostenrijkse Gmünd werd voorgesteld. Het oorspronkelijke koetswerk werd volledig met de hand gebouwd in aluminium. De Porsche beschikte over een 1113 cc motor die slechts 40 pk ontwikkelde. Dit was echter voldoende om de race te Innsbruck te winnen in zijn klasse. Tussen 1948 en 1950 zijn slechts een 50 Porsche 356 gebouwd. In 1950 verhuisde de productie naar Stutgard en werden de koetswerken in plaatstaal gemaakt. Dit had een gunstig effect op de productie want in een tijdspanne van 15 jaar werden er 76313 Porsche 356 gebouwd. De productie is stopgezet in 1965.

Ik kwam ook redelijk wat auto’s tegen met een sticker van Goodwood opgekleefd, echte pareltjes stonden er tussen. Zo ook bovenstaande replica van een Ford GT40 die voor rond de 200000; euro van eigenaar kon verwisselen. Een schijntje van de waarde van een originele GT40 en toch wel een uitzonderlijk knappe replica. Blijven dromen…

Ook maakten we een praatje met Yvette Fontaine die aanwezig was om haar boek te promoten. Deze Belgische racelegende won ooit het Belgisch toerwagenkampioenschap. Eigenlijk zijn we als Belgen niet chauvinistisch genoeg want iedere raceliefhebber zou haar boek in zijn collectie moeten hebben. Ik heb het in ieder geval staan en het is een aanrader. Je kan Yvette ook volgen via haar Facebook.

Meer dan 50 clubs, ja je leest het goed zijn er aanwezig tijdens het Antwerp Classic Salon. sommige met een sobere stand en weer anderen met een prachtig aangeklede stand, deze laatsten dingen duidelijk mee naar de clubstandprijs!

Wat me wel even van het hart moet is dat er clubs zijn die met graagte tijd maken voor je en je een goede uiteenzetting geven over wat ze doen en wat het je kost op jaarbasis. De Mercedes club is zo een voorbeeld. Ik heb ook geprobeerd om bij een andere club een praatje te maken maar die waren duidelijk meer geïnteresseerd in hun Bolleke Koninck en wisten me kortweg te zeggen dat ik alles kon terugvinden op hun website, sorry maar ik had wel iets meer verwacht dan dat.

Wat me ook opviel was het echt wel ruime aanbod van betaalbare klassiekers. En nu weet ik wel dat de term betaalbaar een rekbaar begrip is en wat voor de ene goedkoop is zal voor de andere wellicht duur zijn maar hier vindt echt iedereen wel iets binnen budget. En ik bedoel dan niet alleen rommel hé, er stonden echt mooie auto’s tussen voor erg aanvaardbare prijzen. Zo zagen we bvb een BMW 730i van 1988 die je gewoon zo de showroom kon inzetten (zowel binnen als buitenkant) en met een prijs van onder de achtduizend euro leek me dit zeker niet overdreven.

Waar ikzelf ook nooit voorbij kan zijn de standjes met van die hebbedingetjes en dat gaat van een luciferdoosje tot een oliebus of een modelautootje. Deze keer zag ik zelfs een flesje bier staan van Opel, blijkbaar heeft Opel ooit de Rode duivels gesponsord. Ik heb het proberen opzoeken maar er niks van teruggevonden. Als jij de geschiedelins kent laat het dan gerust weten.

Conclusie: Voor mij nog maar de derde keer dat ik het Antwerp Classic Salon bezoek maar zeker niet de laatste keer. Ik heb het vermeld in de titel van het artikel en ik wil het nogmaals benadrukken, Dit is het fijnste wat Vlaanderen te bieden heeft. Morgen (zondag 4 maart) kan je hier nog een volle dag van genieten, dus twijfel niet en bestel je ticket via deze link. Tot volgend jaar!

Foto’s en verlsag: Patrick Verheeken.